Tweewoonst, gebouwd tussen 1921 en 1923 door de sociale huisvestingsmaatschappij De Goedkope Woning in Verwoest West-Vlaanderen (sinds 1951 opgeslorpt door De Mandel) op het gehucht Lizerne, naar ontwerp van Camille Van Elslande. De aannemer was waarschijnlijk Helbig en Verthé uit Zwevegem.

Een diephuis met tuitgevel van twee bouwlagen en zadeldak wordt geflankeerd door twee lagere, deels onderkelderde aanbouwsels onder aansluitende haakse zadeldaken (nokrichting parallel aan de straat). Spiegelbeeldschema met getoogde deur onder gestrekte druiplijst in de zijtuitgevels van de bijgebouwtjes. De architecturale vormgeving is regionalistisch en wordt gekenmerkt door materialen als donkerrode baksteen en pannen, en door bouwonderdelen als aandaken met muurvlechtingen, muurankers, bakstenen dorpels en kleine roedeverdeling voor de rechthoekige vensters.

Evaluatie

Deze tweewoonst heeft een architecturale waarde als voorbeeld van de bewust kleinschalige, ruraal geïnspireerde sociale woningbouw uit het interbellum. Belangrijke erfgoedelementen zijn de perceelstructuur en de regionalistische architectuur (schaal, silhouet en materiaalgebruik).

• DE CAIGNY S. 2009: Tussen filantropie en macht. In de bres voor de belangen van de achterban, in: BAERT K. (ed.), Bouwen aan wederopbouw 1914/2050, Ieper, 159-161.
• DEGRAEVE M. 2011: Camille Van Elslande op alle fronten. Modern architecturaal denken in een traditionele context, onuitgegeven masterproef UGent, Vakgroep Kunstwetenschappen, 131-132 & cat. A39.
• DELEPIERE A.-M., HUYS M. & LION M. 1987: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Ieper, Kanton Ieper, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 11N1, Brussel - Turnhout.
• L’Habitation à Bon Marché 1923, 4, 82.
• VERMEULEN B. 1995: 75 jaar Bouwmaatschappij "De Mandel" 1920-1995, Roeselare, 53-54.

Tweegezinswoning op gehucht "Luzerne"; opgevat als diephuis met tuitgevel van twee bouwlagen en zadeldak geflankeerd door twee lagere, deels onderkelderde aanbouwsels onder aansluitende haakse zadeldaken (nokrichting parallel aan de straat). Spiegelbeeldschema met getoogde deur onder gestrekte druiplijst in de zijtuitgevels der bijgebouwtjes. Regionalistische architectuur uit het begin van de jaren 1920, gekenmerkt door materialen als donkerrode baksteen, pannen en door bouwonderdelen als aandaken met muurvlechtingen, muurankers, bakstenen dorpels en kleine roedeverdeling voor de rechthoekige vensters.