Teksten van Den Grooten Reghenboghe

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/4409

Den Grooten Reghenboghe ()

Complex herenhuis genaamd “den Grooten Reghenboghe” dat in kern opklimt tot de 16de eeuw. Het betrof een samenstel van twee diephuizen waarschijnlijk de voormalige "den Rooster" en "den Bot". Eerder vormde het pand één geheel met het aanpalende “den Wolsack”, reeds vermeld omstreeks 1400, dat in latere tijden werd opgesplitst. Het huidige, laatclassicistische gevelfront dateert uit de vroege 19de eeuw. Van het vroegere complex bleven enkel de laatgotische huistoren van omstreeks 1500 bewaard, en de gewelfde kelders. Alle gebouwen rond de binnenplaats werden kort na 1970 wegens bouwvalligheid gesloopt. Na afbraak van de voorbouw kwam achter het behouden en gerestaureerde gevelfront een nieuwbouwhotel tot stand, naar een ontwerp uit 1991. De restauratie van de huistoren volgde naar een ontwerp door het architectenbureau De Wispelaere-Cuyvers uit 1993.

Voornaam van opzet, omvat de lijstgevel zeven traveeën en drie bouwlagen, onder een nieuwgebouwde attiek en schilddak. De bepleisterde en beschilderde bovenbouw rust op een gedecapeerde pui uit zandsteen en witte natuursteen (restauratie), met een koetspoort, lateien, lekdrempels en puilijst uit blauwe hardsteen. Regelmatig van ordonnantieschema, legt de compositie de klemtoon op het middenrisaliet Dit laatste wordt gemarkeerd door de rechthoekige koetspoort, gevat in een geprofileerde omlijsting met neuten en gestrekte waterlijst. Verder berust de gevelindeling op rechthoekige spaarvelden en lisenen, die zowel het middenrisaliet als de zijflanken accentueren, op de bovenverdiepingen in kolossale orde. Verder verkleinende registers van rechthoekige vensters met kwarthol geprofileerde dagkanten en individuele lekdrempels. Een klassiek hoofdgestel met een architraaf, vlakke fries en gekorniste, houten kroonlijst op klossen vormt de gevelbeëindiging. Kelders: pijlerarcade van witte natuursteen en ingedrukte gewelven zoals in “den Wolsack”.

De zeshoekige huistoren in de noordoostelijke hoek van de binnenplaats, is opgetrokken in baksteenbouw zonder de gebruikelijke speklagen, met een licht uitkragende uitkijk op zandstenen consoles. Rechthoekige luiken doorbreken de schacht. De gereconstrueerde leien torenspits dateert van de restauratie. Met treden en spil uit zandsteen, is de wenteltrap overkluisd door een bakstenen schroefgewelf. Op het bordes van de uitkijk werd omstreeks 1975 nog een oorspronkelijk 16de-eeuws binnendeurtje geregistreerd.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 86#910747 en 86#930064.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2018: Den Grooten Reghenboghe [online], https://id.erfgoed.net/teksten/298321 (geraadpleegd op ).


Den Grooten Reghenboghe ()

Voormalige huizinge den Wolsack (zie nummer 27), later De grooten Regenboghe. Samenstel van twee diephuizen, elk onder schilddak. waarschijnlijk de voormalige huizen "den Rooster" en "den Bot". in kern mogelijk opklimmend tot de 16de eeuw. Heden laat-classicistische voorgevel van zeven traveeën en drie bouwlagen, in het eerste kwart van de 19de eeuw te dateren.

Benedenverdieping met parement van witte natuursteen, bovenverdieping bepleisterd. Middentravee gemarkeerd door brede poortomlijsting (rechthoekig geprofileerd) op neuten, afgedekt door een waterlijst die overloopt in de puilijst; bovenverdieping geritmeerd door lisenen als het ware kolossaal opgesteld en onderling verbonden. Zijtravee waarvan de begane grond en bovenverdieping uitgewerkt zijn met brede, ondiepe rechthoekige nissen waarin rechthoekige vensters, laatstgenoemde in omlijsting met kwartholbeloop en lekdrempel. Vlakke kordonband onder gekorniste kroonlijst.

Begane grond links gedeeltelijk verbouwd voor winkelpui (eerste kwart van de 20ste eeuw). Kelders: vermeldenswaardig is een zelfde pijlerarcade van witte natuursteen en ingedrukte gewelven zoals in de kelders van nummer 27.

In tuin: overblijfselen van een typisch Antwerpse huistoren in laat-gotische stijl, circa 1500 te dateren. Bakstenen zeshoek met licht uitkragende uitkijk op witte natuurstenen consoles, geopend door rechthoekige luiken: geen speklagen; torenbedaking verdwenen doch aanzet van de dakconstructie bleef gaaf bewaard. Treden en spil van de wenteltrap van witte natuursteen; trapruimte overkluisd door bakstenen schroefgewelf. Op bordes van de dakverdieping bevindt zich nog een oorspronkelijk 16de-eeuws binnendeurtje. Deze huistoren bevond zich eertijds in de noordoostelijke hoek van de binnenplaats waarvan de bouwvallige gebouwen kort na 1970 werden gesloopt.


Bron: GOOSSENS M. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A., STEYAERT R., ILLEGEMS P. & DE BARSÉE L. 1976: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3na, Brussel - Gent.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Goossens, Miek
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Goossens M. 1976: Den Grooten Reghenboghe [online], https://id.erfgoed.net/teksten/4409 (geraadpleegd op ).