Winkelhuis in neoclassicistische stijl, volgens de bouwaanvraag uit 1877 opgetrokken in opdracht van het Bureel van Weldadigheid van de stad Antwerpen. Uit het bouwdossier vallen ontwerper nog aannemer af te leiden. De nieuwbouw verving een traditioneel diephuis uit de tweede helft van de 16de of de eerste helft van de 17de eeuw, met een trapgevel van vijf treden en een overhoeks topstuk. Daarvan werd de tweeledige top geopend door een drielicht, met een rondbogig middenluik tussen kloosterkozijnen.

Rijhuis van twee traveeën en drie bouwlagen onder een mansardedak (kunstleien). De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rustte oorspronkelijk op een klassieke houten winkelpui met zijportaal, pilasters, entablement en hardstenen plint. Registers van rechthoekige vensters in geriemde omlijsting op cordonvormende lekdrempels. De hoofdverdieping wordt geaccentueerd door balustraden, sluitstenen en een gebogen pseudo-fronton op consoles. Een klassiek hoofdgestel met casementen in de fries en een houten kroonlijst op klossen vormt de gevelbeëindiging; oorspronkelijk centrale, houten dakkapel met voluten en gebogen fronton. Het srucdecor is bij een recente renovatie verwijderd, al eerder waren de pui verbouwd en de dakkapel verdwenen.