Winkelhuis in eclectische stijl gebouwd naar een ontwerp door de architect Louis Hamaide uit 1899. Opdrachtgever was Johannes Franciscus Tuteleers (°Neerlinter, 1843), echtgenoot van Lucia Wenseleers (°Hoegaarden, 1843). Het gevelontwerp kwam in twee versies tot stand, waarvan de eerste zich onderscheidde door een rijkere uitwerking, met een monumentale dakkapel, een erker en een ooievaarsbeeld.

”In Den Ooievaar" behoort tot het rijpe oeuvre van Louis Hamaide, wiens carrière als architect omstreeks 1880 van start ging. Waar zijn vroege ontwerpen overwegend aan het conventionele neoclassicisme beantwoorden, past hij omstreeks de eeuwwisseling een rijk geornamenteerde neorenaissance-architectuur toe, die zijn twee realisaties in de Leysstraat kenmerkt, het hotel Dierckx uit 1898 en het winkelhuis Heye uit 1899. Omstreeks 1905 levert de architect een bescheiden bijdrage aan de Antwerpse art nouveau, om zijn loopbaan in 1925 stijlvol af te sluiten met de Herbosch Building, een vroeg voorbeeld van art deco.

Smal rijhuis van twee traveeën, drie bouwlagen en een entresol, onder een zadeldak (nok parallel aan de straat, pannen). De lijstgevel met een parement uit rood baksteenmetselwerk en witte natuursteen (beschilderd), rustte oorspronkelijk op een klassieke, houten winkelpui met zijportaal, pilasters en entablement, vanaf een hardstenen plint. Hierbij sloot de oorspronkelijk gedrukte entresol met geblokte pilasters en rondboogvensters aan. Beide zijn recent verbouwd, met toevoeging van halfzuilen. De bovenbouw bestaat uit twee gestapelde registers met rechthoekige vensters gevat tussen geblokte pilasters en entablementen. Een gevelbreed balkon op consoles met leeuwenkop en acanthusblad, voorzien van een smeedijzeren borstwering, accentueert de bel-etage. De tweede verdieping onderscheidt zich door panelen op de borstwering en een diamantkoppenpatroon in de fries. Een houten kroonlijst op modillons vormt de gevelbeëindiging.

Smal breedhuis van twee traveeën en drie verdiepingen + entresol, onder zadeldak. Deels bepleisterde en beschilderde bakstenen lijstgevel in neorenaissancestijl van circa 1900.

Bouwlagen geordonneerd door geblokte pilasters op hoge basementen en bekroond door entablement. Bel-étage gemarkeerd door breed doorlopend balkon op bewerkte consoles en voorzien van een ijzeren leuning. Entresol met rondboogvensters; voorts rechthoekig op bovenverdieping. Diamantkop-fries onder de kroonlijst op modillons.

Verbouwde begane grond.