Voormalig gemeentehuis, nu bibliotheek. Het gemeentehuis is gelegen aan de zuidzijde van de Dries. Tot 1878 behoorden de gronden aan deze zijde, tussen de Veldstraat en Drietorenstraat eveneens tot de dries. Ze werden verkaveld door de gemeente om onder meer de gemeentelijke jongensschool te bouwen.
Over een vroeger schepenhuis of gemeentehuis zijn geen gegevens gekend. Dit was vermoedelijk zoals gebruikelijk gevestigd bij particulieren of in een herberg. In 1904 bespreekt de gemeenteraad voor het eerst de noodzaak een eigen gemeentehuis te laten oprichten waarvoor ze grond ter beschikking heeft op de dries. Clement Sterck (1838-1919) architect, leraar bouwkunst en opzichter van de stadswerken van Dendermonde, die onder meer in het klooster van Buggenhout werkzaam was in die periode, werd aangezocht het plan te tekenen in 1905. Ook de plannen voor de nog bestaande gemeenteschooltjes in de gehuchten Opstal en oude Briel werden door hem respectievelijk in 1894 en 1906 getekend. In Dendermonde zelf bleef, na de zware beschietingen van de Eerste Wereldoorlog, weinig van deze architect bewaard.
Een stichtingssteen in de gang vermeldt naast het jaartal 1907 nog de namen van de burgemeester en schepenen, de aannemer E. Meltens en de bouwmeester Cl. Sterck. Op 6 juni 1909 werd het gemeentehuis feestelijk ingehuldigd. Het bleef in gebruik tot eind 1964, toen de fusie met het nabije Buggenhout gerealiseerd werd.
Het gemeentehuis werd opgetrokken in een eclectische bak- en zandsteenarchitectuur met voornamelijk neo-Vlaamserenaissance-kenmerken. Het aanvankelijk vrijstaand gebouw werd eerder als rijwoning geconcipieerd met enkel een uitgewerkte straatgevel. Het gebouw telt drie traveeën en twee bouwlagen onder een leien zadeldak tussen zijtrapgevels, met een getrapt dakvenster boven het rechter zijrisaliet en twee kleine dakkapelletjes in het linker dakschild. De voorgevel met kenmerkende enkelhuisopstand, geaccentueerd door het rechter deurrisaliet met trapgevelbekroning, wordt verder vooral horizontaal gemarkeerd door een zware arduinen plint en cordonlijsten en de zandstenen en speklagen ter hoogte van de dorpels. Hoge zandstenen kruiskozijnen onder geblokte ontlastingsbogen en boogvelden doorbreken de gevel. Een rondboogdeur onder een booglijst met diamantkoppen en drie treden bevindt zicht in het rechter risaliet. De originele houten deur met decoratief ijzeren beslag en bovenlicht met houten roedeverdeling bleef bewaard. De bovenverdieping werd iets rijker uitgewerkt met onder meer balusterborstweringen en boogvelden met cartouches: anno 1907 en wapenschild met het gemeentewapen in de rechter travee; erboven prijkt het opschrift: "gemeentehuis" in een arduinen spiegel. De middentravee werd voorzien van een deurvenster en balusterbalkon op zware voluutvormige consoles. Een houten kroonlijst op consooltjes lijnt de lijstgevel af. Een zandstenen lijst op zandstenen consooltjes trekt de horizontaliserende lijn van de kroonlijst door in het zijrisaliet. Gesmeed ijzeren ankers sieren de zwikken van de bovenvensters en de trapgevel.
Links en rechts van het gebouw zijn twee doorgangen voorzien onder een afdakje. De haast blinde zijtrapgevels en achtergevel zijn zeer eenvoudig afgewerkt.
Ook het interieur is vrij sober uitgewerkt met behouden oorspronkelijke vloeren, een houten steektrap en schouwen in neogotische en neobarokstijl, onder meer met opschrift: "Hou ende Trou".
- Het (voormalig) gemeentehuis van Opdorp, Heemkring Buggenhout vzw Ter Palen, XXII, 2, 1998, p.72-75.
- DEVOS P. De gemeentehuizen van Oost-Vlaanderen, Gent, 1982, p. 207-210.
- SERVAES P., Erfgoed, Heemkring Ter Palen, Buggenhout 1998, nummer 51.