Grote semigesloten hoeve met 18de – en 19de-eeuwse gebouwen, onder meer door jaarankers 1774 gedateerde stallen, doch waarvan de geschiedenis minstens opklimt tot de 16de eeuw en als hofstede "den puytoir", eigendom van de plaatselijke "heer van Opdorp" jonker Philippe Hofman opgetekend werd in de XX-penningcohier van 1572. Circa 1700 eigendom van Gillis Verhavert en Anna Van Doorslaer, nadien van Jean-Baptist Verhavert, gedurende 60 jaar meier van Opdorp. In de overdrachtsact aan zijn dochter, gehuwd met Judocus Rollier, in 1771 wordt het goed omschreven als: "behuisde hofstede met grond en erf inbegrepen de schuur, de brouwerij, ketels, kuipen en alle toebehoorten misgaders mouterij-alaam enz. alles bij de hofstede behorend". Begin 19de eeuw nog in het bezit van advocaat Adriaan Frans Rollier. Door huwelijk van Maria Johanna Rollier in bezit van familie Karel C. Van Kerckhove en Van Kerckhove-Wauters en verpacht tot circa 1960. Nadien verkocht, gerestaureerd en in de jaren 1970 gesplitst in twee wooneenheden, waarbij de voormalige schuur verbouwd werd tot residentiële woning.

Ten noorden, aan de straat palende schuur met korfboogpoort en doorrit in de eerste travee, ten westen in L-vorm aangebouwde stallen en ten oosten, haaks op de straat ingeplant woonhuis, met de schuur verbonden door een hoge muur waardoor een gesloten complex ontstaat. Ten zuiden, vroegere langsschuur, heden woning.

Woonhuis van oorspronkelijk zes, heden acht traveeën en één en twee bouwlagen onder licht verspringende zadeldaken, in kern daterend uit begin 18de eeuw. Klokje in ijzeren klokkenstoel op de nok. Verankerde gewitte bakstenen gevels op gepikte plint. Erfgevel met steekboogvensters, deels nog met luiken en drie rechter vensters gevat in een hardstenen omlijsting met waterlijstje en bewaarde duimen; witgeschilderd schrijnwerk. Deur in derde travee gevat in een zandstenen omlijsting met sponning, geprofileerde tussendorpel op lateiconsooltjes en bolkozijn bovenlicht met tralies en ruitmotief; originele deur met zwart en witgestreepte beschildering, met origineel beslag en sloten aan de binnenzijde. Zijpuntgevel aan de straat met overstekende dakranden. Achtergevel met rechthoekige vensters, onder meer met sponning en centrale aanbouw in de derde travee. Aflijnende geprofileerde daklijst.

Interieur met centrale gang met bewaard stucplafond, rode en witte geruite tegelvloer, zoldertrap met balusterleuning, kelder met twee parallelle korfbooggewelven en stenen trap. Erboven opkamer toegankelijk via een stenen trap. Kamers links en rechts met centrale gestucte moerbalk en stucprofielen en in linker kamer schouw waarvan de binnenzijde volledig bezet is met blauw en witte wandtegels met onder meer herder en landschapdecors en spin als hoekmotief, mogelijk ook uit begin 18de eeuw. Bewaarde eikenhouten dakconstructie met drie schaargebinten met telmerken; rode tegelvloer.

Ten noorden aan de straat palende schuur van zeven traveeën onder pannen schilddak. Verankerde witgekalkte gevels op gepikte plint afgewerkt met een gepleisterde hollijst. Aan de straatzijde in de eerste travee, doorrit naar het binnenerf met brede korfboogpoort gevat in een arduinen omlijsting op neuten, met imposten, met bladmotief in de zwikken en als sluitsteen, onder een geprofileerde kroonlijst. Korfboogpoort met zwart-witgestreept houtwerk in de vierde travee, rest van een aalpomp en halfrond venstertje in de zesde travee. Erfzijde met rechthoekige doorrit, zelfde korfboogpoort in de vierde travee en bewaarde botermolen onder pannen schilddakje in de derde travee; getoode deuren in tweede en zesde travee. In L-vorm aangebouwde stallen, wagenhuis en nu garage, door jaarankers 1774 gedateerd, volgens het kadasterarchief uitgebreid in 1865; gevelsteen met initialen C.V.K. (eigenaar Charles Van Kerckhove ?) boven de korfboogpoort links. Verankerde gewitte gevels op gepikte plint en hetzelfde zwart-en witgestreept houtwerk voor de staldeuren. Klimmende dakkapellen in het zadeldak. Binnenin bewaarde hardstenen voederbakken en houten ruiven. Tussen de stallen en de vroegere, tot woning verbouwde schuur sluit een bakstenen muur en ijzeren hek aan vierkante gemetste pijlers met siervaasbekroning het erf af van de achterliggende tuin met vijver. Twee arduinen gevelstenen met initialen "C. C V K/ 18" en "M I R L/ 53" (van eigenaars Charles, Constant Van Kerckhove en Maria Johanna Rollier ?) zijn in de muur ingewerkt .