Hoeve met losstaande schuur en boerenhuis, reeds ingetekend op de kaart van de Ferraris (1771-1778). Boerenhuis van vier traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (pannen), ingeplant ten noorden van het erf, en met zijn gewitte voorgevel op grijs geschilderde plint naar het zuidoosten en de straat gericht. De licht getoogde deur is gevat in een omlijsting van grijs geschilderde bakstenen met oren en een waterlijst. De vrij brede rechthoekige vensters zijn voorzien van T-ramen met kleine houten roedeverdeling; het onderste deel van de kozijnen wordt afgesloten met luiken. De rechter zijgevel is afgewerkt met vlechtingen. De linker zijgevel is gecementeerd.

De traditionele binnenindeling voorziet drie kamers aan de voorzijde met centraal de woonkamer. Een grote schouw met houten, beschilderde, verkropte schouwbalk met bordenlijst domineert de woonkamer. De balklaag is door het verlaagde plafond aan het zicht onttrokken.

De bijbehorende bakstenen dwarsschuur, ingeplant haaks tussen de straat en het woonhuis, is volgens de jaartalankers in de zijpuntgevel gebouwd in 1936.