Art-nouveauburgerhuis van het bel-etagetype in de nieuwe wijk voor badgasten rond de Sint-Rochuskerk. Ontwerp van 1906 naar ontwerp van de Blankenbergse architect Alfred Neirynck. Naar verluidt voormalige (vakantie)woning van lijfarts van koning Albert I.

Met uitzondering van de gewijzigde muuropening op de bel-etage (twee vensters werden vergroot tot één grote), is de gevel gaaf bewaard. Drie bouwlagen boven kelderverdieping, zadeldak. Lijstgevel van smalle deurtravee + brede travee afgewerkt met art-nouveaugeveltop. Parement van witte geglazuurde baksteen, met gebruik van arduin voor de banden, het erkertje in de deurtravee en de afwerking van de geveltop. Gebruik van natuursteen in de hoge plint. De brede rechter travee wordt gemarkeerd door een breed balkon op consoles met sierlijke ijzeren balkonleuning, en een art-nouveautegeltableau met bloemmotieven in het uitgewerkte boogveld van het deurvenster, vervaardigd door de firma Helman (Sint-Agatha-Berchem). Bewaard houtwerk met zwierige geometrische indeling in de bovenlichten, uitgevoerd zoals op de bouwaanvraag.

Interieur: klassieke indeling met gang links en enfilade van salons en veranda rechts daarvan. De gang leidt via een paar trapjes direct tot op het niveau van de kelderverdieping. Scheidingsdeur met art-nouveaugetint gekleurd glas-in-lood in de vleugels en het bovenlicht. Op het einde van de gang, houten bordestrap (mooie trappaal en leuning) waaronder keldertrap. Op het einde van de gang, toegang tot een weinig interessante smalle achterbouw (vermeldenswaardig zijn hier toiletten met een sobere betegelde lambrisering). In de gang, de veranda en de achterbouw, mooie cementtegelvloer met gestileerde plantenmotieven onder meer kastanjeblad. In de gang, lambrisering van wit marmer, waarboven marmerimitatie; 'kooflijst' uitgewerkt met imitatieklossen.

Enfilade van salons op de bel-etage: marmeren schouwen, uitgewerkte kooflijsten, stucwerk rond de (niet meer aanwezige) luchters (resten van oorspronkelijke beschildering); plankenvloer. De overgang naar de veranda wordt afgesloten door aan weerszijden een pilaster en een zuil met korintische kapitelen en marmerimitatie; onder oude behangsels sporen van art-nouveaumuurbeschildering met florale motieven en suggestie van lambrisering. Groot venster, geflankeerd door twee deuren met erg mooi gekleurd art-nouveauglas-in-lood. Bewaard binnenschrijnwerk, beschilderd of met houtimitatie.

De kelderverdieping weerspiegelt de ruimtes van de bel-etage, onder meer eenvoudige schouwen. De bovenverdiepingen weerspiegelen ook die structuur, met opeenvolgende ruimtes met eenvoudiger schouwen (het niveau van rijke aankleding vermindert per verdieping).