Winkelhuis in Louis-Philippestijl volgens de bouwaanvraag uit 1860 opgetrokken in opdracht van de heer A. Van Bruggen. Uit het bouwdossier vallen ontwerper noch aannemer af te leiden.

Met een gevelbreedte van twee traveeën omvat de rijwoning vier bouwlagen onder een zadeldak. Oorspronkelijk rustte de bepleisterde en beschilderde lijstgevel op een klassieke houten winkelpui met zijportaal. Deze is vandaag verbouwd en loopt door over het aanpalende nummer 14. Geleed door cordonvormende lekdrempels, beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema. Naar boven toe verkleinende schouderboogvensters in vlakke omlijsting met geprofileerde dagkanten, geaccentueerd door rankwerksleutels. Deze zijn per verdieping gevat in een rechthoekig spaarveld met ingediepte penanten en plastisch lijstwerk in de zwikken. Van de deurvensters op de eerste verdieping zijn de vermoedelijk gietijzeren borstweringen verdwenen. Een klassiek hoofdgestel met een rankwerkmedaillon tussen casementen in de fries, en een gekorniste houten kroonlijst met tandlijst op voluutconsoles, vormt de gevelbeëindiging.