Traditioneel diephuis genaamd "'t Paradys", op de hoek van Torfbrug en Blauwmoezelstraat, een samenstel van twee panden die uit de tweede helft van de 16de of de eerste helft van de 17de eeuw dateren. Het gebouw omvat in totaal drie bij zes traveeën, telde oorspronkelijk drie en vandaag vier bouwlagen onder een afgesnuit en afgevlakt zadeldak (nok loodrecht op de Torfbrug, leien). A.J. Jacobs liet het hoekpand (zeven rechter traveeën) in 1856 met een vierde bouwlaag verhogen, waarbij zijde Torfbrug de vermoedelijk getrapte geveltop verdween. In opdracht van Julienne, Laurence, Marie Jacobs en een vierde eigenaar, verbouwde de architect Edmond Leclef in 1893 de zijgevel. Van deze ingreep dateren het verhogen van de vensters en het openen van twee deuren op de begane grond, en het openen van de vensters in de vier rechter traveeën op de eerste verdieping. De twee linker traveeën, in oorsprong een afzonderlijk pand, werden nu ook met een vierde bouwlaag verhoogd.

De gedecapeerde lijstgevel zijde Torfbrug heeft een parement uit zandsteen verankerd door smeedijzeren muurankers op de tweede en derde bouwlaag. Vermoedelijk is de pui in de vroege 19de eeuw vernieuwd met gebruik van blauwe hardsteen, baksteen en gerecupereerde zandsteen; de toegevoegde vierde bouwlaag bestaat uit baksteenmetselwerk. Pui met middenportaal in een hardstenen omlijsting op neuten, en zijvensters met resten van zandstenen negblokken, boven een sokkel met schuine afzaat. Op de twee bovenverdiepingen vroegere kruiskozijnen in verkleinende ordonnantie, met behouden kwartholle negblokken, een tweedelige latei en/of wigvormige ontlasting, die in de vroege 19de eeuw werden verlaagd en aangepast met hardstenen lateien en lekdrempels. In de topgeleding haast vierkante vensters, blind in de zijtraveeën, op hardstenen lekdrempels. Een klassiek hoofdgestel met een vernieuwde kroonlijst vormt de gevelbeëindiging.

Bijna volledig begroeid met klimop, heeft de zijgevel zijde Blauwmoezelstraat een gecementeerde afwerking en een gedecapeerde topgeleding. Regelmatige, verkleinende registers van rechthoekige vensters met hardstenen lekdrempel. Ouder deurkozijn met getralied bovenlicht en geprofileerde dagkanten in de eerste travee. Zelfde hoofdgestel.

Op de eerste verdieping is in 1985 een balkenlaag van vier vakken geregistreerd, met op de kinderbalken een sjabloonbeschildering in renaissancestijl uit de late 16de of de vroege 17de eeuw.