Traditioneel diephuis van twee traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak (nok loodrecht op de straat, leien), uit de tweede helft van de 16de of de eerste helft van de 17de eeuw. Het pand werd gerestaureerd in opdracht van Hubert Sagaert-Bosteels, naar een ontwerp door het Architectenbureau Derks & De Naeyer (Guido Derks en André De Naeyer) uit 1979. Na het verkrijgen van de bouwvergunning in december 1984, gingen de werken in uitvoering in 1985. De gevelrestauratie betrof het decaperen, herstellen en aanvullen van het bak- en zandsteenparement met gebruik van witte natuursteen, en de reconstructie van de kruiskozijnen. Voor de heropbouw van de pui met insteekverdieping werd een eigentijds ontwerp gevolgd.

De trapgevel van vier treden met een overhoeks topstuk, heeft een parement in bak- en zandsteenbouw verankerd door smeedijzeren muurankers. Op de eerste verdieping, een register van gekoppelde kruiskozijnen met behouden, kwarthol geprofileerde negblokken, vernieuwde kruismonelen, middenpost, dorpels en wigvormige ontlasting. Gemarkeerd door geprofileerde waterlijsten, wordt de eenledige geveltop geopend door een rondboogluik, gevat in een vernieuwde zandstenen omlijsting met kwarthol beloop, diamantkopimposten en -sluitsteen; balkgat hogerop. Eigentijdse pui en insteek met een skeletstructuur. Achtergevel: vernieuwde puntgevel in baksteenbouw.

Diepgericht rijhuis met gecementeerde trapgevel (vier treden + topstuk) uit tweede helft van de 16de eeuw of eerste helft van de 17de eeuw; twee bouwlagen van twee traveeën en zadeldak (golfplaten).

Onversierde ankers op de borstweringen en de penanten. Rechthoekige bovenvensters met onderdorpels doorlopend tot kordon (19de eeuw). In de topgevel, boven een behouden waterlijst, rondboogvormig luik met sluitsteen en imposten. Gewijzigde begane grond.