Oorspronkelijk een dorpswoning met dubbelhuisopstand van vijf -heden vier- traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen); aanpalend bijgebouw onder zadeldak (Vlaamse pannen), aan één zijde overkragend; opklimmend tot de eerste helft van de 19de eeuw.
Achter het huis stond destijds een oude schuur, afgebroken circa 1931; volgens literatuurbronnen werd deze tijdens de Franse revolutie en na de brand in de kerk (1815) gebruikt voor geheime erediensten. Sterk aangepaste gecementeerde voorgevel: twee linker traveeën verbouwd tot winkelraam; twee vensters rechts en een getralied keldervenstertje bleven behouden; bepleisterde daklijst, houten kroonlijst, luiken en entablement van deur verwijderd en rolluikkasten toegevoegd. Gaaf bewaarde verankerde zij- en achtergevel: rechthoekige muuropeningen met bewaard houtwerk onder houten latei, beluikte vensters met arduinen lekdrempel.
Bijgebouw met aanbouw onder lessenaarsdak (golfplaten); dubbele haard rug aan rug. Aan de straat een bakstenen afsluitingsmuur met ijzeren toegangspoort; brandgang naast de noordelijke zijgevel. Tuin aan zuidzijde en achteraan, notelaar.
GRATIANUS P., Meir (in de Kempen), Brussel, 1912, p. 144.
S.N., Monumentenwandeling Meer, brochure, sine loco, 1992.
Bron: DE SADELEER S. & PLOMTEUX G. 2002: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Turnhout, Kanton Hoogstraten, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 16n4, Brussel - Turnhout. Auteurs: De Sadeleer, Sibylle Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)