Laatclassicistisch herenhuis met drie vleugels rond een binnenplaats, volgens de bouwaanvraag uit 1806 opgetrokken in opdracht van de heer Ch. Van den Bergh. Uit het bouwdossier vallen ontwerper noch aannemer af te leiden. Het betrof de verbouwing van een pand met een traditionele kern, dat mogelijk opklimt tot de tweede helft van de 16de eeuw. In 1973-1974 liet de antiquair Joanna Zeberg het gebouw ingrijpend renoveren onder leiding van de architect Marc De Vooght. Daarbij werd de opstanden gedecapeerd en hersteld, en de in 1939 verbrede koetspoort vervangen door de huidige, pseudo-barokke deuromlijsting.

Voorname rijwoning met dubbelhuisopstand van vier traveeën en drie bouwlagen onder een zadeldak (nok parallel en loodrecht op de straat, leien) met afgesnuite dakkapellen. De lijstgevel, oorspronkelijk bepleisterd en beschilderd en in 1973-1974 gedecapeerd, is opgetrokken uit rood baksteenmetselwerk, met gebruik van blauwe hardsteen voor de plint, koetspoort, lateien en lekdrempels. Veeleer vlak behandeld, legt de compositie de klemtoon op het brede, gedesaxeerde portaalrisaliet, dat wordt gemarkeerd door een rechthoekig spaarveld en lisenen in kolossale orde. Het gevelontwerp vermeldt een rechthoekige koetspoort in een vlakke hardstenen omlijsting met neuten en een gestrekte waterlijst. De huidige korfboogpoort met een booglijst en sluitsteen, gevat tussen bewerkte pilasters met neuten en imposten, waarop een entablement, fronton en gestrekte waterlijst, dateert van 1973-1974; houten vleugeldeur met spijkerbeslag en een bewerkte colonnet als makelaar. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit verkleinende registers van rechthoekige vensters met individuele lekdrempels, getralied op de begane grond en met een ijzeren balkonborstwering boven de koetspoort. Een klassiek hoofdgestel met een gelede architraaf, vlakke fries, kwartronde daklijst en gekorniste, houten kroonlijst op modillons, vormt de gevelbeëindiging.