Neoclassicistisch herenhuis van vier traveeën en twee bouwlagen onder schilddak (nok parallel aan de straat, leien), uit het vierde kwart van de 19de eeuw, gelegen te midden van een omhaagde tuin. Aan de oprit eenvoudige bepleisterde pijlers met siervazen.
Volgens de eigenaar eertijds de zogenaamde Dobbelhoeve, eigendom van de kasteelheren van Grobbendonk, en opklimmend tot de eerste helft van de 13de eeuw; naderhand bezit van de kartuizers van Lier; verkocht tijdens de Franse Revolutie; circa 1899 werd de hoeve met recuperatiemateriaal omgevormd tot een hof van plaisantie.
Het eenvoudige neoclassicistisch uitzicht van de bepleisterde lijstgevel werd door de huidige eigenaar onder meer verrijkt met een klassiek, uitgewerkt hoofdgestel, een fronton en een neoclassicistisch portaal in de rechter zijgevel. Ook het interieur werd volledig vernieuwd. Een marmeren schouw in Lodewijk-XVI-stijl werd verplaatst naar het eveneens aangepaste koetshuis van drie traveeën en één bouwlaag (nok loodrecht op de straat), ten oosten van het hoofdgebouw.