Diephuis met traditionele achtergevel in bak- en zandsteenbouw, dat in kern minstens opklimt tot de 17de eeuw. François E.C. Brans liet in 1845 de neoclassicistische lijstgevel heropbouwen. Uit het bouwdossier van deze ingreep vallen ontwerper noch aannemer af te leiden. Het pand werd in de jaren 1950 verhoogd met een vierde bouwlaag.

Rijwoning met een lijstgevel van drie traveeën en oorspronkelijk drie, vandaag vier bouwlagen onder een plat dak. De bepleisterde en beschilderde opstand rust op een plint uit blauwe hardsteen. Oorspronkelijk flankeerde een klassiek houten winkelraam de rechthoekige inkomdeur, die in een hardstenen omlijsting is gevat. Registers van rechthoekige bovenvensters, achtereenvolgens op cordonvormende en individuele lekdrempels uit blauwe hardsteen; gietijzeren parapetten. Oorspronkelijk vormde een klassiek hoofdgestel de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en bovenvensters is bewaard. Achtergevel in bak- en zandsteenbouw, met een sterk verweerde top met getrapte contour.