De Britse militaire begraafplaats van Kasterlee is gelegen in een naaldbos dat behoort tot de Hoge en Lage Rielen, aan de voet van de Hoge Berg.
Historiek
Tijdens het Geallieerde Bevrijdingsoffensief van 1944 werd er in de omgeving van Kasterlee zwaar gevochten, toen men tijdens de eerste drie weken van september poogde het Kanaal Maas-Schelde (Kempisch Kanaal) over te steken. Deze oversteek was nodig voor de bevrijding van Nederland. Vooral de ‘Royal Scots’, de ‘King’s Own Scottish Borderers’ en de ‘Royal Scots Fusiliers’ leden zware verliezen tijdens deze gevechten in de omgeving van Kasterlee.
Beschrijving
Op deze kleine begraafplaats, die in 1945 werd aangelegd en onderhouden wordt door de Commonwealth War Graves Commission, liggen 97 doden van het Verenigd Koninkrijk en drie Canadezen begraven. Van drie mannen kon de identiteit niet meer achterhaald worden.
De begraafplaats werd ontworpen door Philip Hepworth en is in een naaldbos in twee niveaus aangelegd: het toegangsgedeelte met onder meer registerkastje en een metalen informatieplaat op het lager niveau, de eigenlijke begraafplaats op het hoger niveau. Beide delen bestaan uit gazons, die van mekaar gescheiden worden door een talud met aanplantingen en een afgeronde en ontdubbelde steektrap rondom het offerkruis (het zogenaamde ‘Cross of Sacrifice’). Bij de toegang is een sparrenhaag aangeplant, op de begraafplaats zelf staan naaldbomen en veel rododendronstruiken. Bij de graven zijn bloemperken aangelegd. Het geheel wordt omsloten door een onopvallende afrastering.
Het smeedijzeren toegangshekken is bevestigd aan twee muurtjes uit bruine natuursteen, bovenaan afgedekt met witte natuurstenen dekplaten met het opschrift “1939 Kasterlee War Cemetery 1945”. Het registerkastje is ingewerkt in een rechthoekig blok op een breder basement, die fungeert als zitbank, dit alles uitgevoerd in witte natuursteen. Witte natuurstenen tegels in het gras markeren de verbinding tussen dit registerblok en de trappenpartij. Deze is uit witte en gekleurde natuursteen opgetrokken, met centraal bovenaan het offerkruis (type A1). In de natuurstenen muurtjes van de trappenpartij zijn de drie landplaten verwerkt. De rijen met witte grafstenen, ‘headstones’ genoemd, staan symmetrisch verdeeld over twee perken.
