Het burgerhuis werd gebouwd in opdracht van notaris Albrecht Schoutteet-Dhuyvetter, kort na zijn aankoop in 1930 van twee bebouwde percelen. Reeds in 1933 werd het huis aangekocht door de dokter Michel Bafort. De stadswoning heeft een achterliggende tuin met slingerend pad, een grote magnolia en buxusaanplanting in hagen en bolvormen en achteraan een tuinhuis, heraangelegd in 1993 door Groenkreaties Meetjesland; gerenoveerd in 2008-2009 met behoud van de oude structuur van de tuin, heraanleg van de terrassen en paden naar het oorspronkelijke model. Beschermd als monument bij MB van 30.04.2004.
Rode bakstenen rijhuis in art-decostijl, ontworpen door architect Valère Lievens uit Tielt, zie plintsteentje. Het enkelhuis telt drie traveeën en drie bouwlagen met links aansluitende lagere travee met poort, onder afgewolfd zadeldak met pannen. De bakstenen lijstgevel op arduinen plint met getralied keldervenstertje is versierd met decoratieve details. De verdiepte en overluifelde rechthoekige deur in de uiterst rechter travee is rijk uitgewerkt en deels beglaasd en getralied, geflankeerd door ingebouwde verlichting. Het hoge zeshoekige venster van het trappenhuis boven de deur is voorzien van een kleurrijk glas-in-loodraam. Op de verdieping van de brede middentravee is een brede driezijdige erker onder een leien dakje met erboven een licht uitspringende erker met vensters voorzien van leuning met siersmeedwerk. De rechthoekige vensters zijn gevat in een gecementeerde omlijsting met houten kozijnramen en glas in lood met geometrische patronen, op de bovenste verdieping met gekleurde driehoekige motieven, afgesloten door rolluiken. De borstwering tussen de vensters wordt versierd met decoratief metselwerk. De daklijst wordt belijnd door een brede gecementeerde band.
De lagere linkertravee bevat de houten vleugeldeur voorzien van venstertjes met siersmeedwerk en van veelhoekig bovenlicht met glas in lood. De deur was in het oorspronkelijke ontwerp de toegang tot het notariskantoor, nu omgebouwd tot dokterspraktijk.
De traditionele plattegrond van het enkelhuistype met verzorgde inrichting is een mooi voorbeeld van art-decoarchitectuur. Eigentijdse decoratieve stijl in de hal en het trappenhuis met aankleding met hedendaagse materialen en sierlijke vormgeving in de geest van de art deco. Typisch zijn de keramische vloertegels, het oorspronkelijke en zeldzaam bewaarde zilverkleurig behangpapier met gestileerde florale motieven en cirkels in licht reliëf in de kleine inkomhal, groengeglazuurde keramische wandtegels aan de trappaal en als lambrisering, de houten bordestrap, de wandverlichting. Het trappenhuis is verlicht door een glasraam met geometrische vegetale motieven in de straatgevel.
De traditionalistische bouwtrant in de voorkamer is geïnspireerd op de woonkamer uit de Vlaamse renaissance en wordt gekenmerkt door de verwerking van donker houtwerk, de gesculpteerde eik voor de versierde schouwwangen en bekleding met een geschilderd puttitafereel op de boezem, de balklaag met geschilderde plafondvlakken tussen de balken, imitatieleerbehang en lambrisering voor de wandbekleding, gesculpteerde deurstukken van de binnendeuren, glas in lood in de straatvensters, houten radiatoromkasting onder de vensters met fonteinmotief, plankenvloer en meubilair en ijzeren luster. Tussen eetkamer en salon is een doorgang met bovenlicht aangebracht. Salon, tussen de eetkamer en de woonkamer, ingericht in neorococostijl en met de bewaarde authentieke salonmeubels. De woonkamer aansluitend bij de keuken, aangebracht in de uitbouw, is uitgevoerd in een vereenvoudigde art deco, getypeerd door de kleurrijke tegelvloeren en de glasramen met gestileerde bloemmotieven in het bovenlicht van het brede venster uitziend op de achtertuin. Ook op de bovenverdieping zijn enkele authentieke interieurelementen, bewaard, zoals de gekleurde glasraampjes in de deuren.