Traditioneel breedhuis dat in kern minstens opklimt tot de tweede helft van de 16de eeuw, mogelijk in oorsprong een diephuis met insteekverdieping en trapgevel. De winkelier Petrus Henricus Van Mol liet in 1857 de begane grond verbouwen tot de huidige winkelpui, en in 1869 lekdrempels en de vierde bouwlaag toevoegen. Bij deze laatste ingreep verdwenen mogelijk de oorspronkelijke geveltop en dakstructuur. Uit geen van beide bouwdossiers vallen ontwerpers of aannemers af te leiden.

Rijhuis van twee traveeën en vier bouwlagen onder een zadeldak (nok parallel aan de straat, pannen). De bepleisterde en beschilderde lijstgevel is mogelijk gedeeltelijk opgetrokken in bak- en zandsteenbouw. Eenvoudige ordonnantie van naar boven toe vergrotende, rechthoekige vensters, afgewerkt met een vernieuwde kroonlijst. De lage eerste verdieping, verankerd door smeedijzeren muurankers met gekrulde spie, wijst mogelijk op een vroegere insteek. Bij het aanbrengen van de winkelpui in 1857, werd in de rechter travee de oorspronkelijke rondboogdeur met rechthoekig bovenlicht, mogelijk van het type diamantpoortje, aangepast tot een rechthoekige deur. Daarbij bleven de kwarthol geprofileerde rechtstanden tot aan de boogaanzet bewaard, evenals het flankerende kelderluik. Drieledig, klassiek houten winkelraam met bewerkte pilasters en een entablement.