Laatclassicistisch burgerhuis oorspronkelijk met dubbelhuisopstand van vijf traveeën en twee bouwlagen uit de vroege 19de eeuw. Uit een bouwaanvraag voor het openen van een bijkomende deur in de linker travee, blijkt dat de oorspronkelijke inkomdeur in de middentravee was gevat in een vlakke, vermoedelijk hardstenen omlijsting met gestrekte waterlijst. Meester-metser Charles Coveliers vergrootte de linker deur tot inrijpoort in 1869, verving de middendeur door een tweede poort en voegde een derde bouwlaag toe in 1870, telkens voor eigen rekening. John Brouwers liet het gebouw in 1925 tot zijn huidige vorm aanpassen, met een spievormige constructie van één bouwlaag op de rooilijn, een nieuwe gevelbekleding en een pseudo-mansarde.
Rijwoning van vijf traveeën en drie bouwlagen onder een pseudo-mansarde (kunstleien). Gecementeerde en beschilderde lijstgevel, opgebouwd uit registers van rechthoekige muuropeningen in vlakke omlijsting met oren en guttae, de middelste vensters van de bovenverdiepingen gebundeld en belijnd door een cordon. De aan de pui toegevoegde constructie met garagepoort, oculus en portaal met bewaard schrijn- en smeedwerk, wordt gemarkeerd door een gesloten balustrade met bolornamenten.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1851#746, 1869#255, 1870#117 en 1925#22660.