Herenhuis, nadien belastingskantoor en thans vinden meerdere diensten er onderdak. Vermoedelijk liet weduwe D. De Bruyn – Laureys het huis bouwen volgens plan van 1920 van architect H. Coen(?). Het "Bestuur der gebouwen voor regie der domeinen" liet er verbouwing- en verwarmingswerken uitvoeren, waarschijnlijk naar ontwerp van 1953 van architect C. Moens(?).

Vrij monumentaal rijhuis van vijf traveeën en drie bouwlagen onder plat dak. Eclectisch getinte voorgevel met opvallend symmetrische opstand. Baksteenbouw met knipvoegen en voorts verrijkt door gebruik van arduin voor de hoge plint, platte banden, lekdrempels, lateien op consoles, boogstenen en andere sierelementen. Licht uitspringend middenrisaliet van drie traveeën boven de daklijst opgaand en voorzien van een arduinen bekroning met postamenten. Voorts is het risaliet op de tweede bouwlaag nog geaccentueerd door een, drie traveeën breed, rechthoekig balkon op uitgelengde consoles en met fraaie ijzeren balkonleuning. Beide zijtraveeën op de tweede bovenverdieping uitgewerkt als pseudodakvenster geflankeerd door houten gebogen frontonnetjes op modillons als elementen van een kroonlijst. Rechthoekige muuropeningen met uitgeholde hoeken op de eerste twee bouwlagen. Benedenvensters met schuiframen. Centrale dubbele deur met bovenlicht en beide deurlichten met decoratief traliewerk. Rechts bij de pui aansluitende lage aanbouw met drie vensters bekroond door een gebogen fronton.