Molenromp van het zogenaamde Klein Moleken, sinds 1932 en tot op heden ook Dokkersmolen genaamd, en bijhorend voormalig molenaarshuis, gelegen aan hoek Smeyskensstraat.
Ronde stenen korenwindmolen gebouwd in 1855 door mulder Judocus van Pollaert. Vrij kleine stellingmolen waarvan de houten gaanderij later verdween. Na de verkoop in 1875 aan P.J. De Man-Rollier terug in het bezit gekomen van Joos Van Pollaert die de molen in 1889 liet verbouwen. In 1905 geërfd door een aantal van zijn kinderen. Zij verkochten de molen in 1907 aan hun broer Ludovicus Van Pollaert die de uitbating van de molen voortzette. Molenkap en wieken verwijderd in 1925.
Verder ontmantelde molen met een verdieping verlaagd en in 1932 omgevormd tot mechanische maalderij. Bijhorend molenaarshuis, teruggaand op een helft van een woning die al werd aangegeven op het primitief kadasterplan van 1816, vergroot en hoger opgetrokken, en aanbouw tegen de molen van een stalling/magazijn. In 1943 geschonken aan zoon Petrus J.A. Van Pollaert, producent van veevoeders in bijberoep. Maalderij stopgezet in 1985. De technische uitrusting werd nadien volledig verwijderd. De lege molenromp doet nu dienst als opslagruimte.
Verhard voorerf aan de straat afgesloten door een ijzeren hek tussen afsluiting van betonplaten. Ten noorden haaks op de straat ingeplant eenvoudig molenaarshuis van aanvankelijk één bouwlaag, sinds 1932 twee bouwlagen en met plat dak. Gecementeerde lijstgevel met rechthoekige muuropeningen.
Achterin gelegen en parallel aan de straat gebouwd magazijn en stal, links zijdelings palend aan Smeyskensstraat. Verankerde baksteenbouw van twee traveeën en anderhalve bouwlaag onder zadeldak (golfplaten). Gewitte voorgevel met rechthoekige openingen onder houten latei; kleine vensters met luiken en twee staldeuren.
Rechts tegen de stal aanleunende en in de hoek van het voorerf staande conische bakstenen molenromp van drie bouwlagen met plat dak. Bakstenen cordonlijst boven de tweede bouwlaag. Rechthoekige inkomdeur en dito vensters met houten latei en luik aan hengsels.
STROOBANTS A. 2005: Gemalen en geplet. Molens en maalderijen te Dendermonde in de 19de en 20ste eeuw, Dendermonde, 57-58.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Aanvullende informatie
De molen van 1855 was een houten staakmolen of een vrij kleine stellingmolen.