Herenhuis, teruggaand op woning aangegeven op het primitief kadasterplan (1816); volgens kadastergegevens in 1880 vergroot door Paul-Robert-Marie Meerincx-Albrecht.

Dubbelhuis van zes traveeën en twee bouwlagen, onder zadeldak (kunstleien). Bakstenen lijstgevel voorheen gepleisterd en witgeschilderd verrijkt met hardsteen. Horizontaal geleed door hardstenen plint en puilijst, bovenaan afgelijnd door hoofdgestel met gelede bakstenen architraaflijst, vlakke fries en geprofileerde daklijst onder vernieuwde houten kroonlijst op klossen.

Rechthoekige muuropeningen gevat in geprofileerde hardstenen omlijsting, voorzien van vernieuwd houtwerk, met bewaarde luikogen en -duimen. Deurtravee benadrukt door hardstenen deur op neuten, met oren en kroonlijst, onder bovenvenster bekroond door een driehoekig fronton met afhangende festoenen en omlijste borstwering met vlaggenmasthouder. Licht terugspringende linker poorttravee met korfboogvormige poortopening binnen rechthoekige omlijsting op neuten, imposten en met sluitsteen. Zijgevels met ronde oculi en één rechthoekig zoldervenster.