Eclectisch getint burgerhuis, volgens kadastergegevens in 1866 samen met achtergelegen landgebouwen opgetrokken door landbouwer Jacques Van Cauteren en in 1913 tot de huidige toestand verbouwd.

Woonhuis met dubbelhuisopstand, bestaande uit vijf traveeën en twee bouwlagen onder leien zadeldak met nieuwe goot in kunststof. Gevel uit rode baksteen, met gebruik van natuursteen voor onder meer de banden en aanzet- en diamantkopvormige sluitstenen, bovenaan afgezoomd door boogfries tussen centraal deurrisaliet en lisenen op de hoeken. Getoogde muuropeningen met bewaard houtwerk. Fraaie houten voordeur voorzien van beglaasde strook met siersmeedwerk, onder getoogd bovenlicht. Plint en twee treden naar de voordeur in blauwe hardsteen. Rechts van de woning bevindt zich een ijzeren hek dat toegang verleent tot het erf, rechts geflankeerd door een bakstenen pijler met bolbekroning.