Alleenstaand herenhuis, sinds 1898 directeurswoning van de in 1896 opgerichte "Société anonyme de produits chimiques de Schoonaerde", in 1929 opgeslorpt door de NV "Union Chimique Belge" of UCB. Volgens het kadasterarchief wordt het herenhuis in 1866 opgetrokken. Op een ongedateerd, vermoedelijk 19de-eeuws plan wordt het gebouw omschreven als "Château". De woning wordt in 1927 verbouwd. naar de plannen van architect C. Malfait; er wordt een nieuwe trap geplaatst en een nieuw raam in de achtergevel, en ter versteviging worden er ijzeren liggers boven de vensters voorzien.
Voortuin afgesloten door een ijzeren hekwerk tussen gietijzeren zuiltjes; een centraal, recent aangelegd kasseipad in de as van de voordeur.
Vrijstaand dubbelhuis van tweeënhalve bouwlaag en vijf traveeën, aan weerszijden geflankeerd door aanbouwen van één bouwlaag waaronder het voormalige koetshuis rechts. Bepleisterde en beigegeschilderde baksteenbouw op een arduinen plint en onder een vernieuwd, pannen schilddak; de vier oorspronkelijke schoorstenen zijn afgebroken. Voorgevel geritmeerd door getoogde vensters, op de begane grond op hardstenen dorpels met bewaarde luikduimen en -klemmen, op de bovenverdieping gevat in een recente, geprofileerde omlijsting (bij deze aanpassing werden sporen van vroegere sluitstenen teruggevonden) en voorzien van doorgetrokken, arduinen onderdorpels; vernieuwd houtwerk. Aflijnende geprofileerde architraaf en zeshoekige zoldervenstertjes in de fries onder de dak- en kroonlijst. Voordeur in geprofileerde arduinen omlijsting op neuten met afgeronde bovenhoeken en twee treden; vernieuwde voordeur onder gedeeld bovenlicht met glas in lood.
Eenvoudige gecementeerde achtergevel, ramen van 1927 en jaren 1970.
Interieur. Salon met stucplafond en witmarmeren schouw. Trap naar de verdieping daterend van 1927. Enkel het rechtergedeelte van de woning is onderkelderd.
Voormalig koetshuis tegen de rechterzijgevel van de woning, nu in gebruik als garage. Van de aanpalende stallingen tegen de achtergevel van het voormalige koetshuis zijn enkel de funderingen bewaard. Achtergelegen tuin met centraal pad, onderbroken door een vijver die omgeven wordt door een ijzeren hekwerk. Achteraan de tuin gelegen tuinpaviljoen; het paviljoen is gemaakt door de huidige eigenaar met onder meer de 19de-eeuwse ramen afkomstig van de woning.
SCHELLEKENS E., Bijdrage tot de Industriële Geschiedenis van Dendermonde, 1800-1975, in Gedenkschriften van de Oudheidkundige Kring van het Land van Dendermonde, IV, 8, Jaarboek 1988, p. 131-135.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)