is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Domein Kasteel Denderhof
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Landhuis Kasteel Denderhof en omgeving
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Kasteel Denderhof en kapel
Deze vaststelling was geldig van tot
is aangeduid als beschermd monument Landhuis Kasteel Denderhof en omgeving
Deze bescherming was geldig van tot
Omgeven door een park en haaks ten opzichte van de straat. De kapel, die bij het kasteeldomein hoort bevindt zich tegen de openbare weg. Op het kasteeldomein tussen het kasteel en de kapel staat een grote beukenboom.
Het zogenaamde kasteel Denderhof is bekend als het voormalige buitenverblijf van de Dendermondse familie De Bruyn. Julien De Bruyn, zoon van burgemeester en later minister Léon De Bruyn, was samen met zijn broers zaakvoerder van de olieslagerij J. E. De Bruyn te Dendermonde. Na het overlijden van zijn vader in 1908 besloot hij een buitenverblijf op te richten en kocht hij in Appels een villa die hij verbouwde tot een kasteeltje in eclectische stijl.
De juiste bouwdata en architect zijn niet gekend. Volgens kadastergegevens werd dit terrein vermoedelijk omstreeks 1863 bebouwd met drie in U-vorm geplaatste losstaande vleugels die als landbouwuitbating gebruikt werden en eigendom waren van de heer Van Driessche. Circa 1898 werd het hoofdgebouw, de eigenlijke villa, met een toren en twee veranda’s vergroot én de straat- en de oostvleugel uitgelengd. Gelijktijdig (1898) werd op het kasteeldomein eveneens een kleine kapel gebouwd die naar de openbare weg werd gekeerd.
Tussen 1909 en 1911 liet J. De Bruyn de gebouwen vergroten door de vleugel aan de straatzijde te wijzigen en de villa, kadastraal genoteerd als 'kasteel', aan de kant van de binnenkoer uit te breiden, waarbij de bestaande rondboogvensters werden vervangen. In de tuin, omschreven als lusthof, werd er nog een tuinfolie en een broeikas opgericht. De dienstgebouwen bij het kasteel bestonden naar verluidt uit een conciërgewoning, een boerderij en een manege (in de tuin). In de dienstgebouwen woonden de hovenier en de koetsiers.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de olieslagerij in Dendermonde vernield en week de familie De Bruyn uit naar Engeland. Het Denderhof deed dienst als post van het Rode Kruis en bood onderdak aan twee families. In 1924 werd het buitenverblijf als permanente verblijfplaats verkocht aan nijveraar Prosper Beeckman. Zijn dochter Flora en haar echtgenoot Olivier Van Assche bewoonden bijna vijftig jaar het kasteeltje. Het Denderhof stond daardoor bekend als Het Hof van Beeckman of Het Kasteel Van Assche.
Eind de jaren 1980 werd het ingericht als restaurant. Later werden er in de vroegere boomgaard bejaardenflats (Kasteelhof) opgericht. Het kasteeltje, de voormalige stallingen, de kapel en een rest van de tuinfolie bleef behouden, maar het poortgebouw aan de straat en de broeikas werden afgebroken.
Het kasteeltje is opgetrokken in baksteenmetselwerk in combinatie met natuursteen voor deur- en vensteromlijstingen. Sporadisch werden geel gekleurde bakstenen in de gevels verwerkt als decoratief motief. De zuidwest georiënteerde verspringende voorgevel bestaat uit verschillende delen. Uiterst links is er de straatvleugel, met een onderbouw in baksteenmetselwerk en een overstekende houten bovenbouw, afgedekt met een leien zadeldak. Rechts daarvan bevindt zich een toren, die bovenaan langs alle zijden voorzien is van een rondboogfries en verlicht wordt door twee kleine rechthoekige vensteropeningen met een rondboogvormige latei. De toren wordt bekroond met een leien tentdak waarop een smeedijzeren windvaan prijkt. Rechts van de toren is er de hogere L-vormige middenvleugel die is afgedekt met leien snijdende zadeldaken en een kleine dakkapel; de voorpuntgevels zijn met houtwerk bekleed. Voor de vensters op de verdieping bevindt zich een laag smeedijzeren balkon. Tegen de middenvleugel en de toren is een luifel gebouwd, gedragen door vijf imitatie natuurstenen zuilen. De oostvleugel is als een driezijdige erker over twee bouwlagen aan de voorzijde uitgebouwd. De erker is bedekt met een afgeplat zadeldak en heeft een houten fronton.
Tegen de oostzijde van het kasteel werd een glazen veranda aangebouwd met rondboogvormige vensters. Deze uitbouw heeft een leien dak dat bekroond wordt door een glazen erker op de verdieping. In de gevel tekenen zich nog duidelijk de sporen van de oorspronkelijke rondboogvormige vensters af.
De verspringende achtergevel van het kasteel wordt geritmeerd door hoeklisenen en een aflijnende baksteenfries; bouwsporen verwijzen eveneens naar de verschillende bouwfasen. Op de hoek tussen de oost- en middenvleugel bevindt zich een kleine halfronde bijbouw. Tegen de middenvleugel is een erker aangebouwd over twee bouwlagen. Aan de achterkant van de toren bevindt zich eveneens een bijbouw, met een met hout beklede bovenverdieping. Ook in de hoek tussen deze bijbouw en de straatvleugel bevindt zich een kleine semi-cirkelvormige annex. Ook de bovenverdieping van de straatvleugel is aan de achterzijde met hout bekleed.
Trap in neobarokstijl met een fraai uitgewerkte trapboom en balusters. Neoclassicistische schouw in rood marmer. Vierkante vloertegels met decoratieve florale en geometrische motieven.
Het dienstgebouw, voorheen stalling, heeft een rechthoekige vorm en is eveneens opgetrokken uit rood baksteenmetselwerk in combinatie met zwarte baksteen voor de plint, waterlijst, kroonlijst en enkele decoratieve motieven. Het gebouw wordt afgedekt door een zadeldak met grijs gesmoorde pannen. De hoeken van het gebouw worden verlevendigd door gemetselde pilasters, die met zwarte bakstenen zijn afgeboord. De voorgevel bestaat uit vijf traveeën met ellipsboogvormige muuropeningen. Op het dak staan twee grote dakkapellen met trapgevels en rondboogvormige vensteropeningen. De dakrand is voorzien van een houten geprofileerde kroonlijst.
Tegen de oostgevel van het dienstgebouw staan vijf arduinen voeder- en drinkbakken. De oorspronkelijke rondboogvormige deuropening is dichtgemetseld. Op de zolderverdieping is er één rondboogvormig venster. De achtergevel van het dienstgebouw omvat vijf grote staldeuren. De westgevel had hetzelfde uitzicht als de oostgevel, maar ook hier is de oorspronkelijke deuropening dichtgemetseld.
Binnenin het dienstgebouw zijn nog een aantal authentieke elementen bewaard gebleven, zoals paardenstallen en hooiruiven.
De laat 19de-eeuwse (1898) kleine kapel van Onze-Lieve-Vrouw op het kasteeldomein, die naar de straatzijde georiënteerd is, heeft een rechthoekig grondplan en is opgetrokken in baksteenmetselwerk, in combinatie met natuursteen voor de plint, horizontale banden en deur- en vensteromlijstingen. Het gebouw heeft een zadeldak met leien.
In de voorgevel is er een grote rechthoekige deuropening met een rondboogvormig verdiept boogveld met daarin een kalksteen met het opschrift: "Reconnaissance A Marie Immaculee" en lelies. De houten deur is groen geschilderd en bestaat grotendeels uit sierlijk smeedwerk, eveneens voor het bovenlicht. De voorgevel is tevens voorzien van een fraai houten dakornament, gedragen door klossen.
Aan weerskanten in de zijgevel is er een rondboogvormige vensteropening. De zijgevels worden bekroond door een houten kroonlijst op consoles.
Tegen de achterwand van de kapel staat een klein houten altaar in neogotische stijl. Tegen de wanden bevindt zich een gelijkaardige, sobere lambrisering. Op het altaar staat een beeld van Onze-Lieve-Vrouw in een spitsboogvormige nis die tegen de achterwand geschilderd is in blauwe tinten. De muren zijn verder wit gekalkt en de kleine geprofileerde lijst onder het tongewelf is eveneens lichtblauw geschilderd. Op het gewelf is een klein medaillon geschilderd met de letter "T". Vloerbekleding met neogotische tegels met leliemotieven, die in een ruitvormig patroon gelegd zijn.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Het park bij het Kasteel Denderhof vertoont een aanleg in landschappelijke stijl met kenmerkend gevarieerd bomenbestand en glooiende gazons met zicht op een kunstmatig heuveltje met de overblijfselen van het tuinpaviljoen.
Is deel van
Steenweg van Aalst
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Domein Kasteel Denderhof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/48976 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.