Deze ondertussen gesloopte herenwoning, werd rond 1875 gebouwd door H. Wiertz-De Vos, wonende in Antwerpen, Oever 23. In de leggers van het kadasterarchief is Cornelius Henri Wiertz geregistreerd als bouwkundige. Wellicht bouwde Wiertz deze woning voor zichzelf, als architectenwoning, met burelen in het achterhuis uitkomend in de Tabakvest. Wiertz verkocht deze woning in 1892 aan advocaat Karel Dumerey. Over deze architect is vooralsnog niets gekend. Het stadsarchief bewaart een twintigtal bouwdossiers die door hem werden ingediend, zowel voor eigen rekening als voor opdrachtgevers.
De woning telde vier smalle traveeën en drie bouwlagen onder mansardedak en kreeg een neoclassicistische lijstgevel met bepleisterd en beschilderd parement, overeenkomstig de gangbare stijl op de Frankrijklei in de jaren 1860 en 1870. Net zoals de andere herenwoningen aan de pare zijde van de Frankrijklei, had deze woning een achterhuis, uitkomende in de parallel lopende Tabakvest. Om die reden zijn er hier weinig herenwoningen met een poortdoorgang; de paarden en koetsen konden immers via het achterhuis naar binnen.
De façade van deze woning was gekarakteriseerd door smalle traveeën en een zwaar geblokte begane grond, geopend door een rondboogdeur en licht getoogde vensters. Breed balkon op de tweede bouwlaag met gegroefde Ionische pilasters op de penanten. Voorts rechthoekige vensters. Kroonlijst op tandlijst en klossen, oorspronkelijk vier later twee dakvensters boven de kroonlijst.
Auteurs: Plomteux, Greet; Hooft, Elise
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Hooft E. 2013: Woning Wiertz [online], https://id.erfgoed.net/teksten/144099 (geraadpleegd op ).
Enkelhuis met bepleisterde en beschilderde lijstgevel van vier traveeën en drie bouwlagen onder mansardedak in neoclassicistische stijl uit derde kwart 19de eeuw, gekarakteriseerd door de smalle travee en de sterk geblokte begane grond, geopend door een rondboogdeur en licht getoogde vensters. Breed balkon op de tweede bouwlaag met gegroefde Ionische pilasters op de penanten. Voorts rechthoekige vensters. Boven de kroonlijst op tandlijst en klossen: twee eenvoudige dakvensters.
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Woning Wiertz [online], https://id.erfgoed.net/teksten/4949 (geraadpleegd op ).