Geheel van oorspronkelijk twee gekoppelde burgerhuizen met achterliggend pakhuis in neoclassicistische stijl, naar een ontwerp door de architect Charles Dens uit 1883. Opdrachtgever was Louis Alleman, vennoot in het bedrijf Alleman & Coppieters, een fabrikant van zeildoek en paklinnen.
Het complex is representatief voor het rijpe oeuvre van Charles Dens, die actief was van omstreeks 1870 tot omstreeks 1915. Hij liet een veeleer conventioneel oeuvre na, dat hoofdzakelijk uit burgerhuizen en winkelpanden bestaat, zowel in neoclassicistische stijl als met invloeden van de neo-Vlaamserenaissance.
Het geheel bestaat uit twee volgens spiegelbeeldschema gekoppelde rijwoningen van elk drie traveeën, verbonden door een breed middenrisaliet met inrijpoort, drie bouwlagen hoog onder zadeldak. Oorspronkelijk bepleisterd en beschilderd met schijnvoegen op begane grond en eerste verdieping, rust de vandaag gecementeerde lijstgevel op een plint uit blauwe hardsteen. Horizontaal geleed door de puilijst en kordonvormende lekdrempels, beantwoordt de opstand van de burgerhuizen aan een regelmatig ordonnantieschema. Opgebouwd uit registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen, vormt een klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst op klossen de gevelbeëindiging. Het middenrisaliet onderscheidt zich door een inrijpoort in hardstenen omlijsting, hogerop drielichten met pilasters of Corinthische zuiltjes, en als bekroning een oculus en een driehoekig pseudo-fronton. Bewaarde houten poort met drie rondbogige waaiers gescheiden door wortelmotieven. Verbouwde pui in het rechter pand.
Op de binnenplaats, parallel met de voorbouw, pakhuis van drie bouwlagen en vijf traveeën onder zadeldak. Constructie in baksteenbouw met symmetrische opstand, gemarkeerd door een hoger opgetrokken middenrisaliet met puntgevel en laadluiken.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2017: Geheel van gekoppelde burgerhuizen en pakhuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/202788 (geraadpleegd op ).
Breedhuis van zeven traveeën en drie bouwlagen, daterend uit het tweede tot derde kwart van de 19de eeuw. Gecementeerde lijstgevel met verkleinende ordonnantie en middenrisaliet bekroond met een driehoekig fronton. Rechthoekige vensters steunend op doorlopende gekorniste lekdrempels. Verbouwde benedenverdieping onder een brede puilijst. Risaliet met poortomlijsting van arduin waarin drie ingeschreven rondbogen met wortelmotief in de zwikken; spijtige inwerking van een garagepoort; hogerop gekoppelde drielichten met tussenstijlen uitgewerkt als pilasters (tweede verdieping) en als Corinthische zuiltjes (derde verdieping).
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Geheel van gekoppelde burgerhuizen en pakhuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/4952 (geraadpleegd op ).