Voormalig Sint-Jozefshuis, heden (1982) politiegebouw. Benaming ontleend aan een vroeger Sint-Jozefsweeshuis in de Jodenstraat, dat vanaf 1647 bestuurd werd door Barbara Vernimmen, lid van de Sint-Jozefscongregatie.

Huidig complex, opgetrokken als tehuis voor weesmeisjes in 1844-1847 naar ontwerp van architect Ch. Drossaert, eigendom van de O.C.M.W. en sinds 1968 ingenomen door de politie. Langgerekte hoofd- en dienstgebouwen met gras begroeide en beboomde tuin, in het noordoosten palend aan de Schaalstraat en het voormalig Leliëndaalklooster, in het zuiden aan nummers 27-29.

Monumentale verankerde bakstenen straatgevel met gebroken gevellijn, voorheen bepleisterd en witgeschilderd, wat het streng neoclassicistisch karakter accentueerde; zestien traveeën en drie bouwlagen onder een doorlopend zadeldak met dakkapellen. Gebruik van arduin voor plint met keldergaten en decoratieve gevelelementen namelijk lekdrempels, bovendorpels, lijstwerk en hoekblokken. Voorgevel horizontaal belijnd door middel van zware druiplijsten en tot kordons doorgetrokken lekdrempels. Middelste negen traveeën met rechthoekige vensters ter hoogte van bovendorpels en lekdrempels door muurbanden verbonden. Uiterste drie zijtraveeën in licht vooruitspringend risaliet, begrensd door hoekblokken en op de begane grond van imitatieblokken voorzien; vensters op de benedenverdieping met lekdrempels op voluutconsoles; de bovenverdieping in geriemde omlijsting,de tweede bouwlaag onder vooruitstekende druiplijst. Begane grond met rechthoekige inrijpoort in de tweede travee. Hoofdgestel met gelede kordonlijst en fries van steigergaten onder kroonlijst op modillons.

Bakstenen achtergevel van dertien traveeën met rechthoekige bovenvensters. Middenrisaliet van negen traveeën, op de begane grond geritmeerd door rondboogarcade op smalle imposten; verdiepte rondboogvensters (vernieuwd houtwerk). Uiterste twee rechtertraveeën inspringend voor gekasseide binnenkoer.

Ten noordwesten: L-vormig bakstenen dienstgebouw van anderhalve bouwlaag en respectievelijk drie, één, negen en één travee, onder aaneengesloten afgesnuite zadeldaken (Vlaamse pannen). Gevelvlak geritmeerd door rondboogarcade op zandstenen imposten en neuten: spaarvelden met getoogde benedenvensters op arduinen lekdrempels; halve bovenverdieping met houten luikvensters. Uiterst rechts: recente aanbouw onder plat dak.