Het voormalig hotel Antonio Perez wordt voor de eerste maal vermeld in het derde kwart van de 17de eeuw. De herenwoning met een traditionele kern onderging in de eerste helft van de 18de eeuw aanpassingen in overgangsstijl Lodewijk XIV-régence, onder meer door het toevoegen van het poortrisaliet, het hoofdgestel en de dakkapellen. De koopman Germain Joseph Essingh liet in 1844 hardstenen lekdrempels aanbrengen. Tot het einde van de 19de eeuw behield het hotel zijn functie als luisterrijk herenverblijf, maar werd sindsdien inwendig verbouwd tot kantoren en magazijnen van de likeurstoker Jacques Neefs. In opdracht van projectontwikkelaar M.P. Omega onderging het pand een ingrijpende verbouwing tot wooncomplex, met behoud en restauratie van de gevels, naar een ontwerp door de architect Roger De Wispelaere uit 1977-1979.
Grote, complexe patriciërswoning op de hoek van de Keizerstraat en de Ambtmanstraat, dat uit vier vleugels rond een binnenplaats bestaat, met een doorgetrokken oostvleugel in de Ambtmanstraat. Het geheel telt twee bouwlagen onder leien schild- en zadeldaken met dakkapellen. De bepleisterde en beschilderde opstanden zijn vermoedelijk opgetrokken in traditionele bak- en zandsteenbouw, verankerd door smeedijzeren muurankers met gekrulde spie.
Het twaalf traveeën brede gevelfront aan de Keizerstraat, wordt in de achtste travee gemarkeerd door een gedesaxeerd poortrisaliet in overgangsstijl Lodewijk XIV-régence, opgevat als een frontispice uit blauwe hardsteen. De schouderboogpoort in een geprofileerde omlijsting met kwarthol beloop, neuten en voluutsleutel, wordt geflankeerd door Ionische pilasters. Deze dragen het klassieke entablement met een gelede architraaf en een gekorniste, gestrekte waterlijst. Op de verdieping onderscheidt het aansluitende schouderboogvenster zich door een kwarthol zandstenen beloop met casementen. Het is gevat in een breed geprofileerde omlijsting, samengesteld uit ingediepte pilasters, voluten met bloemmotief en oren met drop, en een smeedijzeren Frans balkon tussen ingediepte postamenten. De bekroning vormt een klassiek entablement op voluutconsoles, samengesteld uit een gelede architraaf, een gebogen, gekornist fronton, en een topstuk met schelpornament, voluten en een siervaas. De fries draagt het opschrift: “JACQUES NEEFS”, naar de vroegere likeurstokerij. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige vensters, met kwarthol geprofileerde dagkanten, achtereenvolgens op doorgetrokken en individuele lekdrempels, vanaf een hoge hardstenen plint. In de eerste travee, hardstenen spiegelboogdeur in régencestijl, met een middenkalf en bovenlicht, gevat in een geprofileerde kwartholle omlijsting met neuten en sluitsteen. Een klassiek hoofdgestel met een gelede architraaf en een houten kroonlijst op gekoppelde régenceconsoles vormt de gevelbeëindiging; houten dakkapellen met een rondboogvenster, klauwstukken en een gebogen waterlijst op gestrekte uiteinden. Houten vleugeldeur met profiellijsten en leeuwenkoppen.
De zijgevel in de Ambtmanstraat telt eveneens twaalf traveeën, maar is eenvoudiger van opzet en minder regelmatig van ordonnantie, afgewerkt met een houten kroonlijst. Rechthoekige vensters met individuele lekdrempels; vroegere rechthoekige deur gevat in een brede omlijsting uit blauwe hardsteen in de vijfde travee. Twee zelfde houten dakkapellen in de tweede en laatste travee, flankeren een attiek met rondboogvensters en gebogen waterlijst op gestrekte uiteinden in de negende travee.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2019: Hotel Antonio Perez [online], https://id.erfgoed.net/teksten/311877 (geraadpleegd op ).
Voormalig hotel Antonio Perez dat de eerste maal vermeld wordt in het derde kwart van de 17de eeuw; was tot einde 19de eeuw een luisterrijk herenverblijf; werd sindsdien inwendig verbouwd tot burelen en magazijn door de firma Jacques Neefs, maar zal eerlang een nieuwe woonfunctie krijgen.
Groot hoekhuis met traditionele kern gemoderniseerd in de loop van de 18de eeuw, voorgevel van twaalf traveeën en twee bouwlagen onder een leien schilddak waarin zes dakkapellen met rondboogvensters onder gebroken waterlijsten met gestrekte uiteinden. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel op arduinen plint, eindigend op een gelede architraaf onder daklijst op vlakke gekoppelde consoles; ankers met gekrulde spie. Risaliet (achtste travee) met laat-Lodewijk XV-poort: schouderboogvormige vleugeldeur geflankeerd door hardstenen Ionische pilasters die een gestrekte en gekorniste waterlijst dragen waarop een balkon met sierlijke leuning, verder een schouderboogvormig deurvenster omlijst met casementen gevat tussen pilasters met ingediepte schacht, bekroond met gebogen consoles en geflankeerd door voluten rustend op de balkonpostamenten. Hogerop fries met het opschrift "JACQUES NEEFS", gebogen fronton waarop een topstuk met voluten, schelpornament en topvaas. Rechthoekige vensters met uitgeholde dagkanten, doorlopende lekdrempels op de begane grond. Eerste travee: spiegelboogdeur met groot bovenlicht boven middenkalf, geheel gevat in een hardstenen omlijsting.
Zijgevel + Ambtmanstraat nummer 16-18: bepleisterde en beschilderde lijstgevel op afgeschuinde sokkel met veelal aangepaste rechthoekige muuropeningen, ankers met gekrulde spie. Op benedenverdieping afgekante hoekpenant en fraaie console.
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Hotel Antonio Perez [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5115 (geraadpleegd op ).