Laatclassicistisch burgerhuis van vier traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak, tot zijn huidige vorm verbouwd door De Cock in 1808. De rondboogdeur en muurankers met gekrulde spie wijzen op een traditionele kern, opklimmend tot de tweede helft van de 16de eeuw of de eerste helft van de 17de eeuw. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met verkleinende ordonnantie op een hardstenen plint. Registers van rechthoekige deur- en vensteropeningen met individuele lekdrempels, en een klassiek hoofdgestel. Traditionele rondboogdeur met kwartholbeloop, diamantkopsluitsteen en -imposten uiterst links, oorspronkelijk de toegang tot het voormalige godshuis Mazengang.
Van het godshuis Mazengang, in 1779 overgebracht naar de Korte Ridderstraat, rest slechts een nauwe bochtige doorgang lopend van de Keizerstraat naar Prinsstraat 28, afgelijnd door 16de-eeuwse achtergevels van Prinsstraat 26-28).
Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 838#255.
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent. Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)