Voormalige fabriek "chaussures/ Eperon d'Or", zie opschrift, later magazijn voor de oliefabriek Vandemoortele nv; thans opslagplaats van houthandel.

Schoenfabriek gesticht in 1863, zie opschrift op de rechter zijgevel door E. Vandommelle vermoedelijk aan de Brugstraat en sinds 1909 gevestigd aan de Prins Albertlaan. De gebouwen worden opgetrokken naar ontwerp van C. Mullie. Het familiebedrijf groeit uit tot één van de belangrijkste schoenfabrieken van Izegem, waar circa 180 arbeiders worden tewerkgesteld. Tot de jaren 1940 handgemaakte schoenen, waarna langzame mechanisatie. In 1946 uitbreiden van de werkplaatsen voor het plaatsen van lopende band. Enkele speciale modellen werden, tot de sluiting in 1968, nog met de hand gemaakt.

Art-decofabriek naar verluidt van 1930, en naar ontwerp van Charles Laloo (Izegem), bestaande uit voorbouw met burelen op trapezoïdaal grondplan en achterin gelegen lagere fabriekshal op rechthoekige plattegrond.

Voormalige kantoorruimte, thans leegstaand, met betonskelet en kleurrijk bakstenen parement. Geometrisch uitgewerkt volume met markante, trapsgewijs (voor lichtinval) opgebouwde voorgevel die de schuine zijde van het trapezium vormt; vijf traveeën en twee bouwlagen onder plat dak. De typerende hoektoren met opengewerkte koepelbekroning en balustrade (buisprofiel) omvat het trappenhuis; geprofileerde verticaliserende lichtschacht. Uitgebalanceerde en gearticuleerde gevelopstand. Enerzijds horizontaliserende belijning van de bouwlagen door doorgetrokken luifel boven de schuin geplaatste garagespoorten die zijn ingewerkt tussen ritmerende halfronde pijlers in streks verband, de aflijnende betonnen kroonlijst en de gecementeerde fries met later aangebrachte belettering (zie sporen van beschildering) met huisnaam zoals hoger vermeld, tussen de wapenschilden van de koningshuizen van Luxemburg en België met eronder opschriften: "Fournisseur de la Cour de Luxembourg" en "Fournisseur de la Cour de Belgique". Anderzijds sterk gemarkeerde, getande travee-indeling met grote rondboogvensters in geprofileerde omlijsting van oranje baksteen; schuinlopende roedeverdeling; gehamerd glas. Gelijkaardige zijgevels geritmeerd door vlakke pilasters; rechthoekige vensters.

Vrij gaaf bewaard interieur met garages, stapelruimten en inkom met traphal op begane grond; burelen op de bovenverdieping granitovloer met geometrisch motief; trap met buisvormige ijzeren leuningen; binnendeuren met behouden hang- en sluitwerk. Eenvoudig uitgewerkte achtergevel uitgevend op fabriekshal, waarvan het oudste deel getypeerd wordt door ijzerbouw met vakwerkliggers op gietijzeren colonetten; de uitbreiding van 1946 is een betonconstructie.