Fraaie, halfvrijstaande dorpswoning, gelegen beneden het straatniveau; vijf traveeën en één bouwlaag onder mank zadeldak (nok parallel aan de straat, mechanische pannen), opklimmend tot het midden van de 19de eeuw met latere aanpassingen en uitbreidingen.

Bakstenen lijstgevel op gecementeerde plint. Beluikte steekboogvensters met gecementeerde diamantkopsluitsteen en beschilderde arduinen lekdrempels. Dito deuren, in de tweede travee in beschilderde, bakstenen entablementomlijsting.

Links mooie pui met centrale, verdiepte deur; harpmotieven en vlaggenslingers op de fries. Overhoekse baksteenfries en houten kroonlijst als gevelaflijning. Linkse zijgevel met vlechtingen en sporen van een gedichte deur. Deels ommuurde, deels omheinde tuin achteraan met halve molensteen vóór het toegangsdeurtje. Tussen nummer 28 en 30 bevindt zich het "kerkpad", een aarden weg die aan de overzijde van de straat verder loopt in de richting van de kerk.