Burgerhuis in Louis-Philippestijl, volgens de bouwaanvraag uit 1854 opgetrokken in opdracht van J. Deman. Uit het bouwdossier vallen ontwerper noch aannemer af te leiden.

Rijwoning van drie traveeën en drie bouwlagen onder een zadeldak. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met imitatievoegen uitstralend boven de muuropeningen, oorspronkelijk enkelhuisopstand op een hardstenen plint. Horizontaal geleed door de puilijst en kordonvormende lekdrempels, legt de compositie de klemtoon op de middenas. Deze werd oorspronkelijk op beide bovenverdiepingen geaccentueerd door een balkon op voluutconsoles met acanthusblad, en doorgetrokken, geajoureerde borstwering; verwijderd op de eerste verdieping bij de verbouwing van de pui. Rechthoekige vensters met afgeronde bovenhoeken in geriemde omlijsting; latere ijzeren borstwering voor het middenvenster van de tweede bouwlaag. Oorspronkelijk door pilasters geritmeerde begane grond. Klassiek hoofdgestel met casementenfries en houten kroonlijst op tandlijst en mascaronconsoles als gevelbeëindiging.

Breedhuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak (mechanische pannen) met bouwtoelating van 1854. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met imitatievoegen uitstralend boven de vensteropeningen, gemarkeerd door een brede puilijst waarop een opengewerkte balustrade, doorlopende lekdrempels en kordons. Kroonlijst met tandlijst op met maskerkoppen versierde consoles onderling verbonden door een kordon; fries met casementen. Rechthoekige vensters met afgeronde bovenhoeken in geriemde omlijstingen; sierlijke leuning voor middenvenster op tweede bouwlaag, centraal balkon op bovenverdieping.