Appartementsgebouw in art-decostijl, gebouwd naar een ontwerp door de architect Joseph Ditvoorts uit 1928. Opdrachtgever was Joseph (Josck) Zajdmann (Bedzin, 1874-Antwerpen, 1935), een 'koopman in soldes' van Russisch-Pools Joodse herkomst, in 1895 te Bedzin gehuwd met Lina Fischel (Bedzin, 1877-Auschwitz, 1944). Het gezin met drie zonen en vier dochters geboren te Bedzin en Hannover tussen 1896 en 1909, had zich in 1910 vanuit Hamburg te Antwerpen gevestigd. Het complex omvat twee winkels, twaalf appartementen van twee verschillende types en een conciërgewoning. Joseph Ditvoorts lijkt in Antwerpen actief te zijn geweest van de jaren 1890 tot eind jaren 1920, maar over zijn oeuvre is tot op heden weinig bekend.

Gebouw met een gevelbreedte van drie traveeën, zeven bouwlagen hoog onder een plat dak, ingeplant op de verbrede rooilijn. Het gevelfront is bekleed met een vandaag beschilderde cementbepleistering, die een natuurstenen parement imiteert. De opstand beantwoordt aan een drieledig schema, opgebouwd uit de pui, de bovenbouw in kolossale orde en de topgeleding, die is uitgewerkt als een met leien beklede pseudo-mansarde. Eenvoudige pui opengewerkt door het rechthoekige privé-portaal uiterst links en de twee winkelpuien, oorspronkelijk met middenportaal. De bovenbouw wordt in de zijtraveeën symmetrisch gemarkeerd door oplopende, driezijdige erkers met drielichten, afgewerkt met een balkonbalustrade en gevat tussen vlakke lisenen met gecanneleerd topstuk. Dakvensters met voluten en een gebogen pseudo-fronton waarin een rozet vormen de bekroning. In de middenas brede vensters waarvan de driezijdige borstwering is versierd met rankwerkfriezen, en een dakkapel. Van het schrijnwerk is enkel de smeedijzeren privé-inkomdeur bewaard.

Volgens de bouwplannen wordt de U-vormige plattegrond ontsloten door de centraal ingeplante traphal met lift. Geflankeerd door de vestibule, beslaan twee winkels met woonruimte de begane grond; achteraan bevindt zich de conciërgewoning, met twee kantoren op de entresol. De bovenverdiepingen groeperen telkens twee appartementen met eenzelfde indeling, waarvan het linker over een grotere oppervlakte beschikt. Zij bestaan uit een enfilade van drie vertrekken in de voorbouw, een wc en twee kamers in de achterbouw.