Voormalig badhuis van het centrum voor gezinsverpleging opgericht in 1893 (zie gevelsteen), op het kadaster opgetekend in 1895, met uitzondering van het woonhuis grotendeels gesloopt in 1978 en vervangen door een beschutte werkplaats zogenaamd "Larumhuis".
Alleenstaand enkelhuis met verspringende gevellijn onder afgewolfd leien dak. Baksteenbouw met contrasterend gebruik van gesinterde steen voor banden en getande baksteenfriezen; vensterstijlen, kordon en diamantkopmotieven van natuursteen. Sierankers en rechthoekige muuropeningen. Aan straatzijde: tuitgevel met overhoeks topstuk en gevelbreed verdiept, steekboogvormig muurvlak met diamantkoppen. Gekoppelde vensters met natuurstenen tussenstijlen, op bovenverdieping onder rondboogveldjes; rondboogvenster in top. Rechts achteruitwijkende ingangstravee met schouderboogdeur onder bolkozijn, bordestrap (vier trappen) met ijzeren leuning. Rechts zijtuitgevel met klimmende rondboogfries. Links zijgevel met hoeklisenen onderling verbonden door monumentale rondbogen op een centrale, arduinen console.
Bron: KENNES H. & STEYAERT R. 2002: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Turnhout, Kanton Mol, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 16n5, Brussel - Turnhout. Auteurs: Steyaert, Rita Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)