Dubbelhuis van zes traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak, gaat in kern terug tot de 16de-17de eeuw, maar werd later verbouwd.

Historiek

Dit pand hoorde tussen 1582 en het begin van de 17de eeuw toe aan Joris Ghijsels. Omstreeks 1629 kwam het toe aan voogdijschout Erasmus Van Ranst. Zijn dochter Maria erfde het goed en het werd door haar erfgenamen verkocht aan Quirijn Geerts. Latere eigenaars waren de lakenmaker Jan Knaeps en zijn dochter Maria Anna die gehuwd was met ontvanger Jozef Michaux. Hun schoonzoon Willem Krings, burgemeester van Mol in 1830, baatte hier het Hôtel de la Campine uit. In de 20ste eeuw werd het gebouw als postgebouw gebruikt.

Beschrijving

Het betreft een dubbelhuis van zes traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (nok parallel met de straat, leien en golfplaten) met een aanbouw van één travee onder plat dak aan de westelijke zijde, met name de voormalige overbouwde doorgang. In kern opklimmend tot de 16de eeuw, confer kelders, later verbouwd en aangepast.

De bepleisterde en beschilderde lijstgevel op beschilderde plint is opengewerkt met betraliede keldervenstertjes en segmentbogige muuropeningen. De westelijke zijpuntgevel heeft vlechtingen. De bakstenen achtergevel op gecementeerde plint is verankerd.

Interieur

Het pand heeft twee parallelle kelders met een tongewelf met verschillende breedte. In de meest oostelijke kelder bleef een lampennis bewaard. De eikenhouten dakkap heeft pen- en gatverbindingen.