Burgerhuis in Louis-Philippestijl, volgens de bouwaanvraag uit 1855 gebouwd door Johannes Mathias Coninckx, mogelijk voor eigen rekening. Over het oeuvre van deze bouwkundige en meester-metser, die op 41-jarige leeftijd overleed, is weinig bekend.
Rijhuis met enkelhuisopstand van vier traveeën en drie bouwlagen onder een zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen). De bepleisterde en beschilderde lijstgevel met schijnvoegen op de begane grond, rust op een plint uit blauwe hardsteen. Horizontaal geleed door kordonvormende lekdrempels, beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, met de klemtoon op het hoger opgetrokken portaalrisaliet in de rechter travee. Dit laatste wordt geaccentueerd door de rondboogdeur in een geprofileerde omlijsting met cartouchesleutel omgeven door festoenen, balkons met voluutconsoles en ijzeren borstwering (vernieuwd of onvolledig) op de bovenverdiepingen, en een rondbogige attiekbekroning waarin een omkranste oculus. Verder registers van rechthoekige vensters met afgeronde bovenhoeken, op de bovenverdiepingen in geriemde omlijsting met markante, hangende sluitsteen, rijker bewerkt in het risaliet. Een vernieuwde kroonlijst op uitgelengde voluutconsoles vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters is bewaard, evenals de gietijzeren borstweringen en parapetten van de bovenvensters.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1855#39.