Grosso modo georiënteerd bedehuis, gelegen op een verhevenheid langs de straat.
Historiek
In 1696 werd op initiatief van pastoor Pots, onderpastoor van de Sint-Pietersparochie te Mol, een nieuwe kapel gebouwd in barokstijl ter vervanging van een middeleeuws bedehuis, waarvan de juiste oprichtingsdatum niet bekend is. De pastoor van Mol had het begevingsrecht en de inkomsten der stichtingen. In de periode 1919-1923 in gebruik als school. Definitief buiten gebruik gesteld bij de inwijding van de nieuwe parochiekerk in 1936.
Restauratie van de buitenkant in 1954, waarbij onder meer de ramen werden hersteld en de glasramen vervangen door eenvoudig glas in lood; volledig gerestaureerd in 1996 naar ontwerp van architectenbureau P. Gevers. Heden is het de enige overblijvende gehuchtskapel van Mol. Oorspronkelijk omgeven door linden, op één na verdwenen bij de wegverbreding van 1971-1972.
Beschrijving
Eenvoudig zaalkerkje op gecementeerde plint; rechthoekige plattegrond van vier traveeën en driezijdig gesloten koor, opgetrokken uit bak- en zandsteen onder zadeldak (nok parallel aan de straat, leien) met zeszijdig klokkentorentje. Barokke westgevel met in- en uitgezwenkte top onder bekronend driehoekig front; inkompartij in classicerende-barokstijl, rondboogdeur onder druiplijst in zandstenen omlijsting, bestaande uit flankerende, geringde halfzuilen onder driehoekig fronton; frontonveld met bouwchronogram "Deo et DIVo WILLebrorDo IVbILantI eXtrVItVr 1696"; hogerop zandstenen rondboognis met schelpmotief tussen gevelstenen met verweerde inscripties, rechts "Herbout op 't jubel van 't duysenste jaer van Willebrordus sendinghe", links "sInte MarCoens Waere reLIqUIen WorDen hIer bInnen VerheVen en geVIert", volgens oudere literatuurbronnen beide met ingebouwd chronogram 1696, doch door de verwering niet meer te controleren; verankerde, bepleisterde top met korfboogvenster en driehoekig fronton als topstuk.
Langsgevels met aflijnende muizentand, geritmeerd door versneden steunberen waartussen eenvoudige segmentboogvensters met gewitte dagkanten. Korfboogdeurtje in vlakke bepleisterde omlijsting met sluitsteen en imposten in de westelijke travee van noordgevel. De kopgevel van het koor heeft een gelijkaardige rondboognis als de voorgevel. Ten zuidoosten aangebouwde sacristie met in- en uitgezwenkte topgevel, gemarkeerd door korfboogvenster in vlakke omlijsting van gesinterde baksteen.
Bepleisterd en beschilderd interieur met tongewelf voorzien van 18de-eeuws stuclijstwerk; rood-zwarte tegelvloer.
Mobilair. Meubilair: barok portiekaltaar, gemarmerd hout, 17de eeuw, met recent altaarstuk, gesigneerd Julia Boeckx 1999; preekstoel met op de kuip medaillons van de vier evangelisten, in 1852 overgebracht van de Sint-Pieter- en Pauluskerk, midden 17de eeuw.
- Administratie Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Monumenten & Landschappen, Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg Antwerpen, Monumenten en Landschappen, Beschermingsdossier A/0680.
- KINNAER A., De kapellen van Mol, Mol, 1983, 1a-1g.
- S.N., Driehonderd jaar Sint-Willibrorduskapel Mol-Ezaart 1696-1996, Mol, 1996.