Teksten van Kantoorgebouw Distillerie C.J. Bal & Cie

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/5310

Kantoorgebouw Distillerie C.J. Bal & Cie ()

Kantoorgebouw in neoclassicistische stijl, naar een ontwerp door de architect Joseph Hertogs uit 1888. Opdrachtgever was de Distillerie C.J. Bal & Cie, in 1861 te Merksem opgericht als stokerij "De Kroon", door de broers Jean-Baptiste en Corneille Bal (1824-1896). De latere Distillerie C.J. Bal & Cie, sinds 1894 Usines Bal & Cie, breidde zijn activiteiten uit met een mouterij, een veehouderij-vetmesterij en een gistfabriek te Schoten, en startte naast het stoken van jenever met de productie van boter en margarine. De firma Goth & Co liet in 1925 door de architect François Dens de oorspronkelijke pseudo-attiek achteraan ophogen tot een volwaardige tweede verdieping onder een nieuw zadeldak. Het gebouw werd in 1986-1987 in opdracht van de firma Meyer gerenoveerd door de architect Jo Crepain.

Het kantoorgebouw Distillerie C.J. Bal & Cie maakt deel uit van het vroegste oeuvre van Joseph Hertogs, die als een van de meest succesvolle architecten in Antwerpen geldt, actief van omstreeks 1885 tot zijn overlijden in 1930. Zijn loopbaan in dienst van de vermogende, overwegend liberale mercantiele burgerij, leverde een vijfhonderdtal woningen en openbare gebouwen op. Deze evolueren van eclecticisme en neorenaissance, naar een klassiek geïnspireerde beaux-artsstijl. Op de bouw van het kantoorgebouw volgde het verdwenen Zeemanshuis uit 1890-1891 aan de Ankerrui, en de synagoge Shomre Hadass uit 1891-1893 in de Bouwmeestersstraat. Omstreeks de eeuwwisseling, zijn rijpe periode, vermengde de architect diverse neostijlen tot een eclectisch idioom, en drukte met monumentale bouwwerken als het Hansahuis op de hoek van Suikerrui en Ernest Van Dijckkaai zijn stempel op het Antwerpse stadsbeeld. Hertogs, huisarchitect van de familie Bal, ontwierp kort vóór de Eerste Wereldoorlog de woningen van twee zonen van Corneille Bal, een hotel voor Theophile aan de Kardinaal Mercierlei en een vandaag verdwenen villa voor Camille aan de Kastanjelaan.

Het geknikte gebouw met een bepleisterde en beschilderde lijstgevel van negen traveeën, omvat drie bouwlagen onder een zadeldak (leien). Geleed door de puilijst, beantwoordt de opstand aan een tweeledig schema. De gedrukte pui wordt als sokkel geaccentueerd door geblokte pilasters; gecanneleerde composiete pilasters in kolossale orde en bredere portaalrisalieten ritmeren de bovenbouw. Daarbij ligt de klemtoon op de eerste verdieping, die zich onderscheidt door rondboogvensters met een geprofileerde waterlijst op doorgetrokken imposten, een diamantkopsleutel en metopen in de zwikken, in de risalieten met extra palmen. Registers van steekboogvensters in de pui en haast vierkante vensters in de topgeleding, beide in geriemde omlijsting; rechthoekige portalen in de eerste en zesde travee. Een klassiek hoofdgestel met gelede architraaf en houten kroonlijst op klossen en tandlijst waarop een blinde attiek, vormt de gevelbeëindiging, de risalieten bekroond door een driehoekig fronton. Smeedijzeren traliewerk en lantaarns aan beide zijden van de portalen op de begane grond; geajoureerde metalen jalouziekapjes op de eerste verdieping.

Op het moment van de verbouwing in 1925, bestond de begane grond uit een opslagruimte in de linkerflank, de vestibule, traphal, dienstlokalen en binnenplaats met glaskap in de rechterflank. Een groot kantoor geflankeerd door twee kleinere en een wachtkamer namen de eerste verdieping in. Achteraan op dit niveau werd een kantoor en sanitair toegevoegd; de bijkomende tweede verdieping herbergde archiefruimte en een appartement met kantoor.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1888#1132, 1925#20104 en 18#68751.
  • BORKA M. & JANSSENS K. 2003: Jo Crepain Architect '73-'03, Oostkamp, 126, 128-129.
  • KURGAN-VAN HENTENRIJK G., JAUMAIN S. & MONTENS V. (red.) 1996: Dictionnaire des patrons en belgique. Les hommes, les entreprises, les réseaux, Brussel, 29.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2017: Kantoorgebouw Distillerie C.J. Bal & Cie [online], https://id.erfgoed.net/teksten/203473 (geraadpleegd op ).


Kantoorgebouw Distillerie C.J. Bal & Cie ()

Neoclassicistisch dubbelhuis dat geknikte rooilijn volgt; negen traveeën en drie bouwlagen onder leien zadeldak, te dateren circa 1900. Gecementeerde en beschilderde lijstgevel geritmeerd door geblokte pilasters op de benedenverdieping en door gecanneleerde Ionische pilasters in kolossale orde van de bovenbouw. Blind fries onder kroonlijst op klossen met twee driehoekige frontons boven de ingangstravee. Horizontaal accent door de brede puilijst en de doorlopende kordons. Op de hoofdverdieping rechthoekige vensters met rondbogige gietijzeren waaiers, geprofileerde archivolten steunend op een doorlopend kordon, diamantkopsluitstenen en in boogzwikken schijfversieringen. Verder licht getoogde (begane grond) en rechthoekige vensters in geriemde omlijstingen. Rechthoekige vleugeldeuren met bovenlichten geflankeerd door ijzeren lichtarmen in eerste en zesde travee.


Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Kantoorgebouw Distillerie C.J. Bal & Cie [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5310 (geraadpleegd op ).