Verenigingsgebouw in beaux-artsstijl, gebouwd in opdracht van de Société Civile du Cercle Catholique d’Anvers, naar een ontwerp door de architect Ernest Stordiau uit 1901 (gevelinscriptie). De Katholieke Kring of Cercle Catholique was een katholieke burgerlijke sociëteit, opgericht door Frédéric Belpaire (Antwerpen, 1833-Oxford, 1917) tijdens de latere 19de eeuw. De nieuwe lokalen omvatten leeszaal, café-restaurant en feestzaal, waar tot aan de Tweede Wereldoorlog lezingen, debatten, concerten, theater- en filmvoorstellingen werden georganiseerd voor de gegoede, katholieke burgerij. Ten behoeve van de Société Française de Banque et de Dépots, werd de voorbouw afgesplitst van de feestzaal en verbouwd tot bank, naar een ontwerp door de architect Max Winders uit 1953. Deze werken omvatten het verwijderen van de gevelornamenten, het vernieuwen van het schrijnwerk, en de bouw van een lokettenhal met betonstructuur en glas-in-betonkoepel in de kern, gepaard met een complete wijziging van de interieurindeling. Bij een renovatie van de bank in 1985, verdween de bekronende attiek, waarvan het oorspronkelijke opschrift al in 1953 was vervangen door de naam van de bank. De afgesplitste feestzaal kwam in 1955 in het bezit van de Union Financière Belge des Tabacs Tabacofina, gevestigd in het aanpalende hotel Osy, en werd vervolgens gesloopt en vervangen door garages en kantoren.
Ernest Stordiau, die vooral naam maakte in de wijk Zurenborg, onderscheidde zich als beginnend architect vanaf midden jaren 1880 met woningen in een geheel eigen neo-Florentijnse-renaissance-stijl, waaronder het hotel Frédéric Belpaire aan de Sint-Jansvliet. Rond de eeuwwisseling speelde hij een vernieuwende rol binnen de Antwerpse art nouveau. De Katholieke Kring behoort tot het behoudende late werk van de architect, die zich in het decennium vóór de Eerste Wereldoorlog vooral liet inspireren door de Franse Lodewijk XIV-stijl en het classicisme, volgens L'Emulation: "Très distingué, personnel, sobre de détails."
Met een gevelbreedte van vijf traveeën, omvat het gebouw drie bouwlagen onder een plat dak. De lijstgevel onderscheidt zich door een parement uit witte natuursteen, op een plint uit blauwe hardsteen. Het oorspronkelijk ingehouden geveldecor, met guirlandes, lijst- en rankwerk ontleend aan de Lodewijk XVI-stijl, werd in de naoorlogse periode verwijderd. Hetzelfde geldt voor de centrale attiekbekroning met chutes, klauwstukken en opschrift “KATHOLIEKE KRING – CERCLE CATHOLIQUE”. Geleed door de puilijst en axiaal van opzet, beantwoordt de opstand aan een tweeledig schema, opgebouwd uit de gedrukte, sokkelvormende pui met schijnvoegen, en de bovenbouw in kolossale orde. Deze laatste wordt geritmeerd door rechthoekige spaarvelden waarin de vensters vervat zijn, oorspronkelijk versierd met een waterlijstje, een guirlande op de borstwering en rankwerk op de vensterposten van de topgeleding. In de middenas rechthoekig portaal in een geprofileerde omlijsting met een entablement op consoles en oorspronkelijk een cartouchesleutel. Registers van rechthoekige vensters, oorspronkelijk getralied in de pui, vlak omlijst op de bel-etage, en behandeld als tweelicht in de topgeleding. Een kroonlijst op klossen en tandlijst, en een blinde attiek vormen de gevelbeëindiging. Vernieuwd schrijnwerk.
Oorspronkelijk was de voorbouw georganiseerd rond een atrium met bovenlicht, gelijkvloers omringd door de vestibule, leeszaal, traphal, sanitair, keuken, buffet en secretariaat. De eerste verdieping werd ingenomen door het café-restaurant. Achter het atrium strekte zich de wintertuin met balkontrappen uit, waarop de feestzaal met hoefijzerboogvormig balkon en scène aansloot, verlicht door een bovenlicht. Een langgerekte vleugel met artiesteningang, -loges en -foyer, verbond de feestzaal achteraan met het Vleminckveld.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2017: Katholieke Kring [online], https://id.erfgoed.net/teksten/203523 (geraadpleegd op ).
Gebouw van vijf brede traveeën en drie bouwlagen, naar ontwerp van Ernest Stordiau circa 1904. Parement van zandsteen op sokkel van arduin. Lijstgevel met klassieke bekroning waarboven attiek met fronton en gevelplaat. Begane grond met bossage, afgewisseld met getraliede rechthoekige vensters en deur; laatstgenoemde met waterlijst op langgerekte consoles. Verticaal gekoppelde bovenvensters in platte bandenomlijsting op de tweede bouwlaag, behandeld als tweelicht op de derde; de oorspronkelijke versieringen zijn verdwenen .
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Katholieke Kring [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5342 (geraadpleegd op ).