Geheel van drie gekoppelde winkelhuizen in neoclassicistische stijl, gebouwd in opdracht van de weduwe Vereecken, naar een ontwerp door de architect Jules Dries uit 1903.
Jules Dries wiens loopbaan eind jaren 1890 van start ging, realiseerde rond de eeuwwisseling een groot aantal burgerhuizen in neoclassicistische stijl, met name in de wijk Zuid. In de jaren kort vóór de Eerste Wereldoorlog wisselde hij dit conventionele stijlidioom af met ontwerpen in beaux-artsstijl of een gematigde art nouveau. Tot zijn belangrijkste realisaties uit deze periode behoort de music-hall en bioscoop uit 1914 in de Quellinstraat, bekend als Cinema Eden of Ciné Quellin.
Rijwoningen van één (nummer 35) of twee traveeën (nummers 33 en 37) onder een pseudo-mansarde. De bepleisterde en beschilderde lijstgevels rustten oorspronkelijk op een hoge, klassieke houten winkelpui met zijportaal en hardstenen plint; nummer 37 is gedecapeerd. Het gevelfront is opgevat al een symmetrische eenheid, horizontaal geleed door kordonvormende lekdrempels, en gemarkeerd door het als risaliet geaccentueerde middenpand. Geflankeerd door pilasters, zijn de bovenvensters van dit laatste gevat in een kwarthol geprofileerde, korfboognis met cartouchesleutel waarop de initialen LVB van opdrachtgeefster weduwe Vereecken; oorspronkelijk vormde een attiekverdieping met pilastergeleding de bekroning. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige vensters in geriemde omlijsting met sluitsteen. Een klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst op klossen vormt de gevelbeëindiging. De winkelpuien en daken zijn verbouwd.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2017: Geheel van drie winkelhuizen in neoclassicistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/203631 (geraadpleegd op ).
Samenstel van drie enkelhuizen uit de tweede helft van de 19de eeuw waarvan het middelste (nummer 35) opgevat als risaliet; totaal vijf traveeën en drie bouwlagen onder pseudo-mansardedaken (roofing en kunstleien). Bepleisterde en beschilderde lijstgevel geleed door middel van doorlopende lekdrempels en kordons. Verdiepte middenpartij met imitatievoegen (begane grond), op bovenverdieping gemarkeerd door lisenen waartussen een grote korfboognis met geprofileerd beloop en een rijk bewerkte sleutel met monogram L. V. B. Verder rechthoekige vensters in geriemde omlijstingen met mooie sluitstenen. Bewaarde houten puien (nummers 33 en 37).
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Geheel van drie winkelhuizen in neoclassicistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5418 (geraadpleegd op ).