Respectievelijk zogenaamd "Onze Rust" en "Villa Jo­séphine" zie opschrift van cartouche boven deur. Al­leen­staan­de ge­kop­pel­de vil­la met Anglo-Normandische inslag, uit de eerste decennia van de 20ste eeuw; nummer 17 geda­teerd "1912" in cartouche. Omheinde verharde voor­tuintjes, bij nummer 17 met bewaard houten hek en dito pijlers. Enkelhuizen met souterrain, twee bouwlagen en respectievelijk drie en twee traveeën onder zadeldak (mechanische pannen, nok parallel met de straat). Wit­be­schil­der­de bak­steen­bouw.

Nummer 15: typerende gemansardeerde bedaking met overkragend breed dak­ven­ster voor­zien van pseudo-vakwerk onder wolfs­eind, rechthoekige houten loggia met aansluitende luifel (recentere golfplaten) ­ter hoog­te van de bel etage, onder meer drie­zij­dige drie­lich­ten waarvan bovenvakken met glas-in-lood, deels be­glaasde deur met gepro­fileerde hou­ten spijlen; bal­kon­leuning verdwenen bij centraal deurvenster van geveltop.

Nummer 17: puntgevel met pseudo-vakwerk in de top, bel etage voorzien van drie­zij­dige houten erker onder leien lesse­naar­sdak. Typerend houtwerk, identiek aan het voortuinhek bewaard voor de leuning van trap­pen­bor­des; rondboogdeur waarvan be­glaasd gedeelte met ge­pro­fi­leer­de spij­len. Vernieuwd houtwerk van de rechthoekige en getoogde (kelder)ven­sters, luiken verwijderd.

Respectievelijk vroeger zogenaamd "Onze Rust" en "Villa Joséphine" zie opschrift van cartouche boven deur. Alleenstaande gekoppelde villa's met Anglo-Normandische inslag, van kort voor de Eerste Wereldoorlog; nummer 17 gedateerd 1912 in cartouche. Omheinde, deels verharde voortuintjes, bij nummer 17 met behouden houten hek en dito pijlers. Enkelhuizen met souterrain, twee bouwlagen en respectievelijk drie en twee traveeën onder zadeldak (mechanische pannen, nok evenwijdig aan straat). Witbeschilderde baksteenbouw.

Nummer 15: typerende geknikte bedaking (mechanische pannen) met overkragend breed dakvenster voorzien van pseudo-vakwerk onder wolfseind, rechthoekige houten loggia met aansluitende luifel (recentere golfplaten) ter hoogte van de bel-etage, onder meer driezijdige drielichten waarvan bovenvakken met glas in lood, deels beglaasde deur met geprofileerde houten spijlen; balkonleuning verdwenen bij centraal deurvenster van geveltop.

Nummer 17: puntgevel met pseudo-vakwerk in de top, bel-etage voorzien van driezijdige houten erker onder leien lessenaarsdak, typerend houtwerk verder ook nog bewaard zie leuning van trappenbordes idem voortuinhek, rondboogdeur waarvan beglaasd gedeelte met geprofileerde spijlen, kleine roedeverdeling van rechthoekige en getoogde (kelder)vensters onder meer met luiken.