Teksten van Preventorium Le Home du Grand Air de Liège

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/54460

Medisch Pedagogisch Instituut 3 ()

Voormalig preventorium "Le Home du Grand Air de Liège", gebouwd in 1933 en in 1979 ingehuldigd als "Medisch Pedagogisch Instituut van het Gemeenschapsonderwijs".

Historiek

Ontworpen door de Luikse architect Georges Dedoyard, die voor dit project in 1934 de Architectuurprijs Van de Ven ontvangt. De home is gebouwd voor kinderen van onbemiddelde Luikse arbeidersfamilies. Het betreft een vrij eenvoudig en functioneel ontwerp en is voor zijn tijd op vele vlakken progressief. Het ontwerp wordt omschreven als romantisch kubistisch en geniet in de jaren na de constructie veel aandacht omwille van de logische planopbouw en kleurwerking. Het gebouw had oorspronkelijk zowel aan exterieur als interieur een verrassend kleurgebruik, deze is ten dele verloren gegaan. Het schrijnwerk van de vensters had een wit met oranje en de deuren een Florentijns groene beschildering. Qua oriëntatie en planindeling getuigt dit ontwerp van een doordachte aanpak weerspiegeld in een logische indeling van de verschillende onderdelen. De slaapvleugels enerzijds, de refter en burelen anderzijds worden van elkaar gescheiden door een axiale, circulatieruimte leidend naar de overdekte speelplaats en de zwemkom. De leefruimtes krijgen een maximale bezonning terwijl de dienstruimtes naar het noorden zijn gericht. Het complex was voorzien van een waterzuiveringsinstallatie en ventilatiesysteem, destijds door de vakpers omschreven als vooruitstrevend. De planindeling is heden grotendeels bewaard, de slaapzalen zijn nu opgedeeld in kleinere kamers.

Beschrijving

Plattegrond.

Complex van twee bouwlagen met verhoogde begane grond onder plat dak op een F-vormige plattegrond. Bestaande uit een noord-zuid georiënteerde hoofdvleugel met rechthoekige plattegrond, waarop haaks aansluitend op de zuidwesthoek een rechthoekige vleugel en een smalle lage vleugel ter hoogte van de inkom. Deze laatste verbreedt als zeshoek ter hoogte van het zwembad en overdekte speelplaats.

Materialen.

De hoofdstructuur bestaat uit gewapend beton met een parement van gele sierbaksteen gecombineerd met donkerbruine baksteen voor de plint en bloembakken. Het verzorgde parement met streklagen wordt getypeerd door een verdiepte lintvoeg en smalle stootvoeg. De vensters hebben blauwhardstenen onderdorpels en witbepleisterde betonnen bovendorpels. De vensterregisters zijn onderverdeeld door halfronde betonnen zuiltjes oorspronkelijk bekleed met koningsblauwe tegeltjes. Het houten, beschilderd schrijnwerk met grote, horizontale roedeverdeling is voornamelijk in het linkergedeelte vervangen.

Horizontaal opgebouwde straatgevel (noordkant) met dubbelhuisopstand. Verticaliteit bij de inkompartij en het trappenhuis met rechts een aansluitende, oplopende uitbouw vroeger met torenachtige allure door het nu verdwenen bekronend en bovendaks uitstekend waterreservoir met uurwerk. Inkom onder een brede en diepe luifel die oorspronkelijk doorliep over de gevel van de linkervleugel. Vóór die linkervleugel een verhoogde stoep achter een bruinbakstenen muurtje. De horizontaliteit van de gevel wordt verder in de hand gewerkt door de kort overstekende, omlopende dakrand en de doorgetrokken onder- en bovendorpels van de vensterzones. Analoge westgevel met bijkomende ingang onder luifel. De achterliggende vleugels zijn opgetrokken in oranje baksteen en hebben sober uitgewerkte, deels aangepaste gevels met eenvoudige rechthoekige muuropeningen. Recentere polyvalente zaal tegen de oostgevel. Interieur. Bewaarde kleurrijke vloeren (behalve in de refter), in mozaïek of met cementtegels gelegd volgens verschillende geometrische patronen. Granitotrappen met gesloten betonnen borstwering en buisvormige leuning. De figuratieve muurschilderingen in refter en slaapzalen zijn verdwenen, het zwembad is behouden.

  • Onroerend Erfgoed - Afdeling West-Vlaanderen, Archiefnummer W/02135.
  • VANDENBERGHE E. e.a., De Haan opnieuw bekeken. Deel II, s.l., 1999, p. 113.
  • DE HOUWER V., De prijs Van de Ven 1928-1937. De eerste tien jaren van een Belgische architectuurwedstrijd, in M&L, jaargang 17, 1998, nummer 2, p. 6-32.
  • DE HOUWER V., Modernisme en kleur: een probleem met bronnenmateriaal, in M&L, jaargang 19, 2000, nummer. 4, p. 30-39.
  • HENDRICKX J., Le préventorium du Coq-sur-Mer prés d'Ostende, in La Technique des Travaux, jaargang 10, nummer 5, 1934, p. 281-284.

Auteurs:  Van Vlaenderen, Patricia
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Preventorium Le Home du Grand Air de Liège [online], https://id.erfgoed.net/teksten/140817 (geraadpleegd op ).


Medisch Pedagogisch Instituut 2 ()

a. De architect Georges Dedoyard (1897-1988) - De prijs van de Ven.

Georges Dedoyard was een belangrijke vertegenwoordiger van de Moderne beweging in Luik. Hij behoorde gedurende een groot deel van de 20ste eeuw tot de Luikse architecturale avant-garde. Hij behaalde in 1923 zijn diploma aan de Luikse academie en werkte aanvankelijk in een door de art deco bepaalde stijl, waarin modernisme en formeel classicisme samengingen. Goed voorbeeld daarvan is de vestiging van de bank van de Société générale in Luik (1933-1937). Daarna evolueerde hij naar een meer uitgesproken modernisme en maakte hij gebruik van nieuwe technieken zoals gewapend beton. Hij bouwde het badhuis en zwembadcomplex La Sauvinière in Luik (1938-1942), waarin hij functionalisme aan monumentaliteit koppelde en het paleis van het commissariaat-generaal op de Exposition internationale de Technique de L’eau in 1939. In zijn derde periode opteerde hij systematisch voor geïndustrialiseerd bouwmateriaal. In deze laatste fase bouwde hij het Rijksadministratief Centrum in Luik, het warenhuis Au Bon Marché, de koffiebranderij De Zwarte Kat en was hij verantwoordelijk voor de architecturale compositie van de Albert I-brug (1954-1957), allen in Luik. In de jaren 1950 en 1960 werkte hij mee aan de verwezenlijkingen van een honderdtal kunstwerken in de provincie Luik onder meer aan de wegenbruggen van de snelweg Luik-Keulen. De prijs Van de Ven was een in België jaarlijks georganiseerde architectuurwedstrijd, die liep van 1928 tot en met mei 1968, weliswaar met een onderbreking van negen jaar tussen 1941 en 1950. Het initiatief voor deze wedstrijd werd genomen door een vooruitstrevende ondernemer uit de houtsector, Emile Jean Van de Ven. Het doel van de Prijs was om elk jaar de vijf meest vooruitstrevende bouwwerken, die in het voorgaande jaar tot stand kwamen, te onderscheiden en te belonen met een geldbedrag. Hierbij werd niet gekozen uit het totale aanbod van alle nieuw gebouwde constructies in België, maar uit inzendingen van Belgische architecten die reageerden op advertenties van de organisatoren van de Prijs. De Prijs Van de Ven moet gezien worden als een soort sensibilisering, als een poging om het grote publiek te laten kennis maken met de activiteiten van vernieuwende architecten, om op die manier de smaak van het publiek te laten evolueren, zodat nieuwe ideeën sneller ingang zullen kunnen vinden.

b. Beschrijving.

"Le Home du Grand Air de Liège", thans "Medisch Pedagogisch instituut van het gemeenschapsonderwijs". Home gebouwd als vakantieverblijf voor kinderen van onbemiddelde arbeidersfamilies uit Luik. Gebouwd naar ontwerp van architect Georges Dedoyard, die voor dit project in 1934 de Architectuurprijs Van de Ven ontving. Het betreft een vrij eenvoudig en functioneel ontwerp, welke voor zijn tijd op vele vlakken progressief is te noemen. Het ontwerp wordt omschreven als romantisch Kubistisch en genoot in de jaren na zijn constructie veel aandacht omwille van de logica van zijn planopbouw en zijn kleurwerking. Het gebouw werd in zijn oorspronkelijke toestand gekarakteriseerd door een verrassend kleurgebruik zowel naar interieur en exterieur. Deze kleurige afwerking is ten dele verloren gegaan. Zowel naar oriëntatie als naar planindeling getuigt dit ontwerp van een doordachte aanpak. In het oorspronkelijke plan onderscheiden we een logische indeling van de verschillende onderdelen van het programma : de slaapvleugels enerzijds en de refter en de burelen anderzijds, van elkaar gescheiden door een axiale circulatie ruimte, die leidt naar de overdekte speelplaats en de zwemkom. De oriëntatie van het gebouw werd als dusdanig uitgewerkt dat de leefruimten de maximale bezonning konden genieten, terwijl de dienstruimten noordelijk zijn gericht. De planindeling is in grote lijnen bewaard gebleven. De slaapzalen werden opgedeeld in kleinere kamers. Het complex was eveneens voorzien van een waterzuiveringsinstallatie en een ventilatiesysteem, welke door de toenmalige vakpers omschreven werd als vooruitstrevend. Complex van twee bouwlagen onder plat dak, getypeerd door een F-vormige plattegrond bestaande uit: een noord-zuid-georiënteerde hoofdvleugel met rechthoekige plattegrond; een rechthoekige haakse vleugel aansluitend op de zuidwesthoek van de hoofdvleugel; een lage vleugel (één bouwlaag) bij het hoofdgebouw in zuidelijke richting aansluitend ter hoogte van de inkom. Deze smalle lage vleugel verbreedt tot een zeshoek ter hoogte van de overdekte speelplaats en het zwembad om dan terug te versmallen tot gangbreedte (verwarmingsinstallatie). Materialen. De hoofdstructuur van het gebouw is uit gewapend beton in combinatie met een parement van gele sierbaksteen afgewisseld met paarsbruin gekleurde baksteen voor de plint en bloembakken. Het verzorgde baksteenparement wordt getypeerd door een verdiepte lintvoeg en een smalle stootvoeg. De venster zijn voorzien van arduinen onderdorpels en witbepleisterde betonnen bovendorpels. Vensterregisters zijn onderverdeeld door halfronde betonnen zuiltjes, oorspronkelijk bekleed met tegels in koningsblauw. Houten, beschilderd schrijnwerk met geometrische roedeverdeling, voornamelijk in het linkse gedeelte vervangen. Het venster waren oorspronkelijk wit en oranje beschilderd en de deuren in florentijns groen.

Horizontaal opgebouwde noordgevel (straatzijde) met dubbelhuisopstand. De centrale inkompartij vormt een verticaal geaccentueerd element ten gevolge de smallere, verspringende gevelvakken, de lichtgleuven ter hoogte van de hall en het bekronende uurwerk. Dit kubusvormige uurwerk, tevens een waterreservoir, is intussen verdwenen. Het horizontale karakter van de gevel wordt verkregen door de kort overstekende dakrand, de luifel boven de deur, welke oorspronkelijk doorliep in het linkse gedeelte van de gevel, en de doorgetrokken onder- en bovendorpels van de vensterregisters Analoge westgevel. Recente feestzaal aangebouwd tegen de oostgevel. Deels aangepaste achtergevels zie lage aanbouwen onder meer lessenaarsdak. Interieur. De oorspronkelijke planindeling bleef grosso modo behouden. De kleurrijke keramische tegelvloer is grotendeels bewaard uitgezonderd in de refter. Behouden granito trappen met gesloten betonnen borstwering waarboven een buisvormige leuning. De muurschilderingen - oorspronkelijk in de refter en de slaapzalen - zijn verdwenen. Het zwembad bleef bewaard.

  • HENDRICKX J., Le préventorium du Coq-sur-Mer prés d’Ostende, in, La Technique des Travaux, maandblad, 1934, 10 jaargang, nummer 5, p. 281-284.
  • L’ architecture en service de l’enfance. Le nouveau préventorium de Coq s/Mer, in, Bâtir, 18, 1934, p. 690-692.
  • DE HOUWER V., De prijs Van de Ven 1928-1937. De eerste tien jaren van een Belgische architectuurwedstrijd, in M&L, 17de jaargang, 1998, nummer 2, p. 6-32.
  • DE HOUWER V., Modernisme en kleur: een probleem met bronnenmateriaal, in M&L, 19de jaargang, 2000, nummer 4, p. 30-39.

Bron: Beschermingsdossier DW002383
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Preventorium Le Home du Grand Air de Liège [online], https://id.erfgoed.net/teksten/125005 (geraadpleegd op ).


Medisch Pedagogisch Instituut ()

"Medisch Pedagogisch Instituut van het Gemeenschapsonderwijs", in oorsprong "Le Home du Grand Air de Liège". Preventorium naar ontwerp van architect Dedoyard, die voor dit project in 1934 de Architectuurprijs Van de Ven ontving. Complex van twee bouwlagen onder plat dak; L-vormige plattegrond. Gele baksteenbouw.


Bron: DELEPIERE A.-M., HUYS M. & KERRINCKX H. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente De Haan, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL9, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Huys, Martine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Preventorium Le Home du Grand Air de Liège [online], https://id.erfgoed.net/teksten/54460 (geraadpleegd op ).