Villa "Beatrice" gelegen in een ruime omhaagde tuin. De villa is een vroeg voorbeeld van elitaire vakantie-architectuur buiten de Concessie en daterend uit de ontstaansperiode van de badplaats. Driegezinswoning aansluitend bij de cottagebouw tussen 1896 en 1898 als vakantiewoning tot stand gekomen, gedateerd met jaartal "1897" ddoor middel van jaarankers in de achtergevel. Bouwheer is de familie Castaigne-De Smet uit Brussel die er in de Berlayemontstraat een boekhandel uitbaat. Alfred Castaigne (1857-1930), tevens uitgever en politicus, laat in de Consessie een villa en hotel Maria-Hendrikalaan) bouwen. In 1896 wordt eerst het volume nummers 3-5 gebouwd en in 1898 uitgebreid met het huidige nummer 7. In 1926 wordt de villa opgesplitst, nummer 7 wordt dan eigendom van de letterkundige Sougenet. In 1987 wordt het rechterdeel van de villa nogmaals verdeeld zie huidig. Geheel op L-vormige plattegrond van één bouwlaag met verhoogde begane grond. De tuin is toegankelijk via hekken gevat in witbeschilderde bakstenen pijlers. In de haakse aanbouw waren vroeger de stallen ondergebracht. Verankerde baksteenbouw onder wisselend dakenspel met zadeldaken (Vlaamse en mechanische pannen), voorheen met geel- en roodbeschilderde gevels, nu witbeschilderd boven een gepekte plint. De gevel van de nummers 3-5 heeft een symmetrische opbouw. Het centrale en verdiept ingangsgedeelte is toegankelijk via een brede blauwhardstenen trap leidend naar een gevelbreed terras onder breed overstekend zadeldak met wolfseind. De glazen markies boven de deur is verdwenen, links nog een fraai smeedijzeren ophangsysteem van een (verdwenen) uithangbord. Twee flankerende, vooruitspringende traveeën boven kelders met segmentboogvormige en sierlijk betraliede keldermonden. Dakappel links onder sleepdak, rechts onder zadeldak met houten bebording, windveren en makelaar en ijzeren balkon. Pittoresk uitgewerkte westgevel van de vroegere paardenstal met vroegere dienstingang met trapje en erker onder een brede luifel steunend op verzorgd gesculpteerde schoorstukken. Verzorgd schrijnwerk ook bij het kapelletje met rondboognis en beeld van Maria met Kind en de dakkapellen en centraal dakvenster onder zadeldaken afgewerkt met windveren, bebording, schoorstukken en makelaars. Aan de tuingevel leidt een bordestrapje naar een portiek onder zadeldak met houten bebording en windveren. Achtergevel met dwarsvleugel waarvoor een gevelbreed terras toegankelijk via een centrale blauwhardstenen trap en afdak met houten galerij bestaande uit waaierbogen steunend op getorseerde zuilen. Voorts segmentboogvormige muuropeningen, beluikte vensters met kleine roedeverdeling.
Interieur. Kelder met bakstenen troggewelven. Een ruime, rechthoekige inkom biedt vooraan links en rechts toegang tot een salon, achteraan tot het trappenhuis en de tuin. Vloer in witte en bruine cementtegels gelegd in dambordpatroon en centraal een stermotief, gedeeltelijk doorbroken balklaag met moer- en kinderbalken. Blauwhardstenen schouw in neo-Vlaamse renaissancestijl. Rondboogdeuren met kalf met tandlijst en kleine roedeverdeling in de bovenlichten. Dubbele paneeldeur naar linkersalon met middenstijl met gesculpteerde makelaar. Rechtersalon met planken vloer en kleine schouw in neostijl. Houten trap met uitgewerkte trappaal en balustrade uitgewerkt met stermotief. Op de verdieping planken vloeren, paneeldeuren en houten zoldering rustend op moerbalken met balksleutels op consoles versierd met voluten. Overloop met halfronde uitbouwen en houten balustrade rijk versierd met geometrische motieven. Kamer vooraan met lambrisering en muurkasten met paneeldeuren. Houten zoldertrapje met uitgewerkte trappaal.
Nummer 7, later aangebouwd en met historiserende inslag zie de overkragende tuitgevel rustend op een rondboogfries op consoles, de erkeruitbouw boven de ingang en de geprofileerde rondboognissen. Ingang met rondboogdeur onder de erkeruitbouw die tevens dienst doet als portiek en steunend op zware, gesculpteerde blauwhardstenen zuilen. Zijgevel met brede bordestrap en witbeschilderde bakstenen balustrade.
Auteurs: Van Vlaenderen, Patricia
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Van Vlaenderen P. 2012: Villa Beatrice [online], https://id.erfgoed.net/teksten/140840 (geraadpleegd op ).
Driegezinswoning ondergebracht in een grote villa midden omhaagde tuin. Een bouwlaag onder wisselend dakenspel van hoofdzakelijk zadeldaken met in- en uitspringende wolfseinden, diverse dakkapellen. Baksteenbouw, wit beschilderd op gepikte plint en verhoogde begane grond. In- en uitspringende muurpartijen en arcade waarop overkragende tuitgevel (nummer 7). Getoogde muuropeningen waaronder vensters met kleine roedeverdeling en luiken.
Bron: DELEPIERE A.-M., HUYS M. & KERRINCKX H. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente De Haan, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL9, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Huys, Martine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Huys M. 2005: Villa Beatrice [online], https://id.erfgoed.net/teksten/54462 (geraadpleegd op ).