Teksten van Papeteries De Ruysscher

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/5453

Papeteries De Ruysscher ()

Filiaal van de Société Anonyme Papeteries De Ruysscher, een gebouw in beaux-artsstijl naar een ontwerp door de architect Gerard De Ridder uit 1908. Het bedrijf met hoofdzetel in Brussel en papierfabrieken in Lembeek en Ensival, werd in 1899 opgericht onder de naam Papeterie Corneille De Ruysscher. Opvolger van het tot 1833 opklimmende Maison Dénies & De Ruysscher, werd het bedrijf later herdoopt tot Papeteries De Ruysscher, en uiteindelijk tot Papeteries de Belgique. De hoofdzetel in art-nouveaustijl aan het Groot Eiland te Brussel, was in 1905 ontworpen door de architect Ernest Acker. Het programma van het Antwerpse filiaal omvatte kantoren en opslagruimte op begane grond en souterrain, en appartementen op de bovenverdiepingen.

Het gebouw is representatief voor het vroege oeuvre van Gerard De Ridder, wiens loopbaan kort na de eeuwwisseling van start was gegaan. Uit dezelfde periode dateren het hotel Bastiaens-Ruys aan het Vleminckveld en burgerhuis Elebaers aan de Lombardenvest, drie projecten in beaux-artsstijl die in 1910 samen werden gepubliceerd in het Jubelalbum van de Kring voor Bouwkunde. Van vóór de Eerste Wereldoorlog dateert ook een ensemble cottagevilla’s in Ekeren. De Ridder associeerde zich omstreeks 1928 met architect Joseph Hertogs, en zette na diens dood hun gezamenlijke praktijk verder. Tot de meest bekende realisaties van het bureau behoort de Arenbergschouwburg in de Arenbergstraat.

Met een gevelbreedte van vijf traveeën omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een gebogen pseudo-mansarde (leien). De lijstgevel heeft een parement uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, met gebruik van blauwe hardsteen voor de kwarthol geprofileerde plint, en witte natuursteen voor de pui, sluitstenen, hoekblokken, lekdrempels, de erker en bekronende fries. Symmetrisch van opzet, legt de compositie de klemtoon op de middenas, die op de eerste verdieping wordt gemarkeerd door een rechthoekige erker met consoles, rankwerk op de hoeken, een eierlijst en attiek als bekroning. De vormgeving van consoles, lekdrempels en de fries is schatplichtig aan de art nouveau. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van korfbogige muuropeningen (poort, vensters, deur) op de begane grond, getoogde deurvensters met rollaag en gebogen smeedijzeren borstwering op de eerste verdieping, en rechthoekige vensters voorzien van gebogen lekdrempels met spuwer op de tweede verdieping. Een gewelfde en gegroefde fries en een houten kroonlijst op modillons vormen de gevelbeëindiging; getoogde, houten dakkapellen met waterlijst. De fraaie smeedijzeren poort, venster- en keldertralies zijn bewaard, evenals de gietijzeren voetschrapers en het houten schrijnwerk van de privé-inkomdeur en vensters met kleine roeden in het bovenlicht.

Volgens de bouwplannen omvat de begane grond de inrijpoort en garage, twee kantoren aan straatzijde, en verder opslagruimte die zich uitstrekt over het souterrain, verbonden via een goederenlift en trap. Van de appartementen op de bovenverdiepingen, ontsloten door de inkom- en traphal in de rechter travee, ontbreken de plattegronden in het bouwdossier.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1908#1013.
  • GOEYVAERTS J. & DE RIDDER G. [1910]: Jubelalbum van de Kring voor Bouwkunde 1900-1910, Antwerpen, 25.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Papeteries De Ruysscher [online], https://id.erfgoed.net/teksten/203702 (geraadpleegd op ).


Papeteries De Ruysscher ()

Rijhuis van vijf traveeën en drie bouwlagen onder pseudo-mansardedak uit het eerste kwart van de 20ste eeuw. Voornamelijk baksteenbouw met gebruik van natuursteen. Natuurstenen benedenverdieping met getoogde deur en getraliede vensters; op de tweede bouwlaag vier deurvensters met strekse latei tussen aanzetstenen; centrale erker met art-nouveau-ornamentatie van de hoekpilasters. Op de hoogste verdieping vijf rechthoekige vensters op gewelfde lekdrempels. Licht gebogen dakverdieping met vijf getoogde dakvensters.


Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Papeteries De Ruysscher [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5453 (geraadpleegd op ).