Winkelpand in art-decostijl gebouwd in opdracht van Arthur Boon, naar een ontwerp door de architect François Bollekens uit 1929.
"Ganterie A. Boon" gaat terug op de handschoenenzaak "Maison T. Ghianda", die in 1884 werd opgericht door Italiaanse immigranten, en omstreeks 1920 overgenomen door Arthur Boon. Oorspronkelijk was de winkel gevestigd in de Kammenstraat 21, met ateliers in de Lombardenvest 2-4. Op dit laatste perceel liet Boon in 1929 de nieuwe winkel optrekken, met een woning en opslagplaats op de verdiepingen. Het ontwerp kwam in twee versies tot stand, met als eerste in februari 1929 een ambitieuzer project, dat voorzag in een extra entresol boven de pui, een bow-window op de bel-etage, smeedijzeren balkons en borstweringen, en een lift in het interieur. De vereenvoudigde tweede versie die vervolgens werd uitgevoerd, dateert uit juli 1929. Het perceel werd voordien ingenomen door twee rijhuisjes met oude kern, in neoclassicistische stijl aangepast tijdens de 19de eeuw.
"Ganterie A. Boon" behoort tot laatste realisaties van François Bollekens, die in Antwerpen als architect actief was vanaf de late jaren 1880. Over zijn loopbaan en architectuurproductie is echter weinig bekend. Hij was de enige zoon van Eugène Bollekens, met zijn broer François Bollekens, oprichters van de industriële schrijnwerkerij Ateliers de Construction E. & F. Bollekens Frères in de Pelikaanstraat, gespecialiseerd in de productie van sierlijsten, jaloezieën, rolluiken en winkelpuien. Omstreeks 1910 werd het bedrijf onder de naam Jéro ook actief in de vliegtuigbouw. Aangenomen kan worden dat de schrijnwerkerij Bollekens verantwoordelijk was voor de uitvoering van het volledige winkelinterieur.
Met een gevelbreedte van drie traveeën omvat het ondiepe rijhuis vier bouwlagen onder een plat dak. De lijstgevel onderscheidt zich door volledig natuurstenen parement, boven een met zwart marmer beklede winkelpui. Symmetrisch van opzet, gemarkeerd door kolossale pilasters en postamenten met akroteria als bekroning, wordt de opstand afgewerkt door een trapezoïdaal fronton met de huisnaam "Ganterie A. Boon", en een topstuk in de vorm van een bloemenkorf. Verder zijn de rechthoekige vensters gevat in oplopende, geprofileerde omlijstingen, met afgeschuinde bovenhoeken op de lagere derde verdieping, gestileerd rankwerk in de zwikken, gecanneleerde panelen op de borstweringen en een art-deco-console onder de lekdrempels. De zwart marmeren winkelpui heeft een doorlopende beglazing, met verdiept middenportaal; in de medaillons die ter hoogte van de zijpenanten de puilijst bekronen, waren oorspronkelijk de vandaag verdwenen, vermoedelijk metalen uithangborden verankerd. Het oorspronkelijke houten schrijnwerk van de pui en de bovenvensters is bewaard; de huidige neonverlichting met de huisnaam is van naoorlogse datum.
Het winkelinterieur bleef integraal bewaard, inclusief verlichtingsarmaturen, het vaste en losse meubilair. Symmetrisch van opzet is de rechthoekige winkelruimte vanaf een marmeren plint over de volledige wandhoogte in eikenhout gelambriseerd, met wandkasten aan drie zijden, vrijstaande toonbanken aan de korte zijden, en een alkoof met geïntegreerde marmeren schouw en een vrijstaande console voor de kassa in de middenas van de lange zijde. Aan weerszij van de alkoof bieden deuren toegang tot het toilet en de wenteltrap naar de bovenverdiepingen. De wandopbouw is drieledig, met gesloten kasten in het onderste register, open rekken met groenblauwe lederen dozen voor handschoenen erboven, en melkloodglas met ingewerkte verlichting in het bovenste register; hetzelfde materiaal is toegepast voor het bovenlicht van de alkoof. De lambrisering en toonbanken hebben een verdiept paneeldecor met afgeschuinde hoeken, gecanneleerde art-decoprofielen, keperfriezen, geïntegreerde spiegels en vitrines. De vloer bestaat uit in de massa gekleurde, drooggeperste tegels in diabolovorm (krakelingen), vermoedelijk van Belgisch fabricaat (Céramique Nationale de Welkenraedt, La Nouvelle Céramique Amay of C.G.C.B Jurbise). Deze tegels in de tinten oker, roze en bordeaux, zijn gelegd volgens een kruisvormig patroon, zoals vaak toepast in gebouwen van de Amsterdamse School; de zoldering is vlak bepleisterd. Twee plafondluchters in melkloodglas boven de toonbanken, en twee palmetvormige wandluchters in opaline in de alkoof, vormen de verlichting. Tot de oorspronkelijke inrichting behoren verder een kolenkachel, de kassa in 'faux bois' van het merk National, en een gietijzeren paraplustandaard.
Op de eerste verdieping bevond zich volgens de bouwplannen de woonkamer annex keuken, op de tweede verdieping de slaapkamer annex badkamer, en op de derde verdieping opslagruimtes voor handschoenen en lederen vellen en een zolder.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2017: Ganterie A. Boon [online], https://id.erfgoed.net/teksten/172678 (geraadpleegd op ).
Winkelhuis met interessante lijstgevel van natuursteen van drie traveeën en vier bouwlagen onder plat dak in art-decostijl van circa 1930. Originele zwart marmeren winkelpui met doorlopende puilijst. Voorts verticale gevelgeleding door middel van doorlopende penanten met geprofileerde lijsten, verticaal versierde borstweringen en brede hoeklisenen, versierd met geblokte art-deco-elementen; verhoogde kroonlijst bekroond door een hoekig uitgewerkte bloemenvaas. Rechthoekige vensters op de bovenverdiepingen met afgeronde bovenhoeken, op lekdrempels, gesteund op een middenconsole.
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Ganterie A. Boon [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5456 (geraadpleegd op ).