Burgerhuis beaux-artsstijl naar een ontwerp door de architect Charles De Roeck uit 1899. Opdrachtgever was de heer J. Corstiaens-Parein, die in 1897 door De Roeck al een woning had laten bouwen in de Transvaalstraat. Het bouwperceel maakte deel uit van de verkavelde gronden van het Théâtre des Variétés, gebouwd in 1829 en gesloopt in 1896. De Roeck was actief vanaf omstreeks 1880 tot midden jaren 1920, met name in zijn woonplaats Berchem. Het hotel Corstiaens-Parein is representatief voor het oeuvre van de architect omstreeks de eeuwwisseling, gekenmerkt door een veeleer conventioneel karakter.
Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een zadeldak. De lijstgevel met geblokte pui onderscheidt zich door een parement uit witte natuursteen, op een geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Nadrukkelijk horizontaal geleed door waterlijsten en kordonvormende lekdrempels, legt de compositie de klemtoon op de middenas. Deze wordt op de eerste verdieping gemarkeerd door een rechthoekige erker op uitgelengde consoles, waarop een balkon met smeedijzeren borstwering tussen postamenten. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema opgebouwd uit registers van rechthoekige muuropeningen in de pui en getoogde vensters in geriemde omlijsting met oren op de bovenverdiepingen. Rolwerksleutels en voluutconsoles onder de lekdrempels accentueren de eerste verdieping, waterlijsten en onderdorpels met dubbele voluut de tweede verdieping. Een klassiek hoofdgestel met bewerkte fries, houten kroon- en tandlijst vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de vensters en inkomdeur met siersmeedwerk is bewaard, evenals de smeedijzeren keldertralies, de gietijzeren voetschraper en de metalen jaloeziekapjes.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2017: Burgerhuis in beaux-artsstijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/203736 (geraadpleegd op ).
Enkelhuis van drie traveeën, drie bouwlagen en zadeldak, te dateren in het vierde kwart van de 19de eeuw. Lijstgevel met parement van witte steen op sokkel van arduin. Horizontaal geritmeerd door middel van schijnvoegen in de pui en gekorniste lijsten tussen de verdiepingen. Markante erker op de tweede bouwlaag bekroond met balkon tussen zware postamenten. Respectievelijk rechthoekige en segmentboogvensters, laatstgenoemde in geriemde omlijsting met oren. Op de hoofdverdieping vermeerderd met sleutel en lekdrempel op consooltjes, op de derde verdieping met smalle waterlijst en plastisch gedecoreerde borstweringen. Sobere klassieke bekroning.
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Burgerhuis in beaux-artsstijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5475 (geraadpleegd op ).