Traditioneel herenhuis dat in kern minstens opklimt tot de 17de eeuw, en werd aangepast in de eerste helft van de 18de eeuw. Gustave Verhoosel, wisselagent en makelaar in publieke fondsen, liet het pand verbouwen tot kantoorgebouw naar een ontwerp door de architecten Vincent Cols en Jules De Roeck uit 1927. Daarbij werd het interieur van de begane grond opengebroken en een derde bouwlaag toegevoegd. Het betrof oorspronkelijk een complex herenhuis met drie vleugels rond een kleine binnenplaats, die vermoedelijk al in de 19de eeuw werd overdekt door een glaskap. In 1998 onderging het gebouw een grondige renovatie tot woning.

Met een gevelbreedte van vier traveeën, omvat de voorname rijwoning met dubbelhuisopstand sinds 1927 drie bouwlagen onder een zadeldak. Muurankers met gekrulde spie geven in het gevelfront de oorspronkelijke, twee bouwlagen hoge constructie aan, vermoedelijk in bak- en zandsteenbouw. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rust op een plint uit blauwe hardsteen. De gedesaxeerde rondboogpoort is gevat in schouderboogvormige omlijsting uit blauwe hardsteen in régencestijl uit de eerste helft van de 18de eeuw. Geprofileerd, kwarthol beloop met neuten, imosten en een sierlijke voluutsleutel; houten vleugeldeur met een straalvormig getraceerde waaier. Aangepaste rechthoekige vensters met individuele hardstenen lekdrempel, getralied op de begane grond en met kwarthol geprofileerde dagkanten op tweede bouwlaag. De toegevoegde, lagere derde bouwlaag onderscheidt zich door vlakke omlijstingen, doorgetrokken imposten en onderdorpels; houten kroonlijst op klossen.