Burgerhuis met vermoedelijk oude kern, dat volgens de bouwaanvraag uit 1857 in opdracht van de makelaar Jean-Baptiste Stappaerts-Ceulemans in Louis-Philippestijl werd aangepast. De werken, waarvan ontwerper noch aannemer uit het bouwdossier vallen af te leiden, betroffen het toevoegen van het poortrisaliet en de mezzanine.
Met een gevelbreedte van vier traveeën, omvat de rijwoning twee bouwlagen en een mezzanine, onder een afgesnuit zadeldak (nok loodrecht op de straat, kunstleien). Oorspronkelijk bepleisterd en beschilderd, later gecementeerd in imitatie-natuursteen, rust de lijstgevel op een geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Het brede zijrisaliet wordt op de begane grond gemarkeerd door de rondboogpoort in hardstenen omlijsting met kwarthol geprofileerd beloop, waterlijst en voluutsleutel, gevat tussen ingediepte pilasters. Hierbij sluiten de zware voluutconsoles van het balkon aan, met een later vernieuwde ijzeren borstwering; het gevelontwerp toont een ijzeren hek tussen bewerkte postamenten. Ook de bovenverdieping werd oorspronkelijk geflankeerd door ingediepte pilasters, waarvan enkel het kapiteel bewaard is, en een vensteromlijsting met sluitsteen. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige vensters met geprofileerde dagkanten, op de bovenverdieping doorgetrokken lekdrempels en gietijzeren parapetten met palmet. De mezzanine met liggende rechthoekige vensters vormt de gevelbeëindiging, gemarkeerd door de gelede architraaf en de houten kroonlijst met tandlijst, gekornist op uitgelengde voluutconsoles in het risaliet. Houten vleugeldeur met radiale ijzeren tracering in de waaier, gietijzeren voetschraper en smeedijzeren tralies.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1857#236.