Burger- en winkelhuis in neoclassicistische stijl, oorspronkelijk de twee rechter panden van een geheel van vijf woningen, naar een ontwerp door de architect Ferdinand Hompus uit 1889. Opdrachtgever was graaf Horace van der Burch (Brussel, 1848-Brussel, 1945), echtgenoot van Olga Nottebohm (Antwerpen, 1855-Brussel, 1921), een kleindochter van Diederich Wilhelm Nottebohm (Bielefeld, 1787-Berchem, 1871) aan wie de gronden oorspronkelijk toebehoorden. Hier bevond zich de vroegere hoofdzetel van de in 1817 handelsfirma Nottebohm Frères. Het vastgoedproject vormde een volkomen symmetrisch ensemble volgens spiegelbeeldschema, bestaande uit drie burgerhuizen geflankeerd door twee winkelhuizen. Daarvan kreeg het eenvoudige middelste pand (Mutsaardstraat 7) een nieuwe gevelbekleding met verlies van het stucdecor, en werden de twee linker panden (Mutsaardstraat 3-5) totaal verbouwd tot flats achter een nieuw gevelfront. Het geheel paalt aan het Museum Nottebohm, dat Diederich Wilhelm Nottebohm in 1866 had laten bouwen, naar een ontwerp door de architect Joseph Antoine Hompus.
Het vastgoedproject Van der Burch behoort tot het rijpe oeuvre van Ferdinand Hompus, die vanaf 1875 tot begin jaren 1910 als zelfstandig architect actief was. In navolging van zijn vader Joseph Antoine Hompus ontplooide hij een productieve loopbaan in dienst van de burgerij. Vroeg in zijn carrière ontstonden naast neoclassicistische rijwoningen van een conventioneel type, enkele vroege uitingen van neo-Vlaamserenaissance-architectuur zoals de winkelhuizen slagerij Raes-Daems uit 1879 in de Steenhouwersvest en “In ’t zicht der Schelde” uit 1881 in de Scheldestraat. In de latere jaren 1880 en 1890 ontwierp Hompus meerdere voorname burger- of herenhuizen in een herkenbare, klassiek geïnspireerde eclectische stijl. Tot de meest opmerkelijke voorbeelden behoren het hotel Passenbronder uit 1886 in de Jacob Jordaensstraat en het hotel Steppe uit 1888 in de Lamorinièrestraat. Ook bedrijfspanden als Brouwerij De Leeuw in de Coebergerstraat, maken deel uit van zijn oeuvre.
Met een gevelbreedte van elk twee traveeën, omvatten de rijwoningen drie bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevels, beide nadrukkelijk horizontaal geleed door waterlijsten en kordonvormende lekdrempels, met schijnvoegen op de eerste verdieping, rusten op een plint uit blauwe hardsteen. Het burgerhuis (nummer 9) onderscheidt zich door een asymmetrisch compositieschema, met de klemtoon op het brede zijrisaliet. Dit laatste wordt op de begane grond gemarkeerd door bossage, op de eerste verdieping door een driehoekig fronton en een balkon met consoles en doorgetrokken smeedijzeren borstwering, en op de tweede door een rechthoekig spaarveld. Van het winkelhuis (nummer 11) is de klassieke houten winkelpui bewaard, met een vitrine tussen het winkel- en privé-portaal, pilasters en een entablement op consoles. Een tweelicht met balustrade en pilasters markeert de eerste verdieping, een rechthoekig spaarveld en een balkon met consoles en smeedijzeren borstwering de tweede. Verder rechthoekige vensters in geriemde omlijsting onder meer met sluitsteen. Een klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst vormt de gevelbeëindiging. Bewaard houten schrijnwerk van deuren, venster en winkelraam op de begane grond.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2018: Burger- en winkelhuis in neoclassicistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/204045 (geraadpleegd op ).
Enkelhuis van twee traveeën en drie bouwlagen, uit het derde kwart van de 19de eeuw. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel verlevendigd met imitatiebossages. Benadrukte rechter travee met op tweede verdieping imitatievoegen links en rechts van het deurvenster bekroond door een driehoekig fronton; balkon op consoles. Rechthoekige vensters in geriemde omlijstingen, in risaliet verrijkt met oren.
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Burger- en winkelhuis in neoclassicistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/5571 (geraadpleegd op ).
Rijhuis van twee traveeën en drie bouwlagen, uit het derde kwart van de 19de eeuw. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel gemarkeerd door lisenen, belijnd met schijnvoegen op tweede bouwlaag Eenvoudige kroonlijst boven versierd fries. Gekoppelde vensters geflankeerd door pilasters met kapitelen en opengewerkte balustrade op de tweede bouwlaag. Aansluitend smal balkon op voluten voor de rechthoekige vensters in geriemde omlijstingen met oren en sleutels op de derde verdieping. Houten winkelpui met arduinen sokkel en rechthoekige deuren in de zijtravee.
Bron: DE MUNCK-MANDERYCK M., DECONINCK-STEYAERT R. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A. 1979: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nb, Brussel - Gent.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita; Manderyck, Madeleine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. & Manderyck M. 1979: Burger- en winkelhuis in neoclassicistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/204044 (geraadpleegd op ).